Hoofdstuk 64

1K 40 7
                                    

Ze was er zo van overtuigd geweest dat ze de rest van haar leven alleen zou blijven, als ze hem niet meer kon krijgen, dan hoefde ze niemand meer. Maar zo gemakkelijk was dat nog niet. Ze kon het gewoonweg niet uit haar hoofd zetten. Ze kon hem niet uit haar hoofd zetten. Haar beste vriend, haar voormalig werkpartner, maar voornamelijk de man waar zij zoveel van hield. Ze kon het gewoonweg niet verkroppen dat hij zijn leven had opgepakt. Zijn leven waar geen plek meer was voor haar. Hij had een nieuwe werkplek, hij had nieuwe collega's, hij had een nieuw huis, en hij had zelfs een nieuwe vriendin. Ook al was zij nooit zijn vriendin geweest, maar toch.
En zij, zij kon niet door met haar leven. Vooral het idee dat hij met iemand anders ging trouwen maakte haar misselijk. Samenwonen, trouwen, ze kende het riedeltje wel, daarna zouden er kinderen komen en leefde ze nog lang en gelukkig. En dat hij trouwde en kinderen kreeg met een ander was wel het laatste dat ze wilde. Dus moest ze ingrijpen nu het nog kon, nog voordat hij zijn ja-woord had uitgesproken. Ze moest hem tot inkeer zien te krijgen. Al had ze totaal geen idee hoe ze het moest aanpakken. En aan haar beste vriendin had ze ook niks. Die vond het allemaal wel grappig en vond dat ze zich er gewoon over heen moest zetten. En dat terwijl ze er altijd van overtuigd was geweest dat Eva en Wolfs bij elkaar hoorde. Maar ineens leek ze totaal van gedachte veranderd te zijn. Maar bij Eva ging die knop maar niet om. Ze had zich dan ook al duizend maal afgevraagd hoe het zou gaan als ze weer bij Wolfs voor de deur zou staan. Zou hij de deur voor haar neus dichtgooien, zou hij kwaad op haar worden, zou hij tot inkeer zijn gekomen? Ze hoopte natuurlijk op het laatste, dat hij na gedacht had en blij was dat ze weer terug was gekomen en dat hij alsnog voor haar zou kiezen. Maar de enige manier om er achter te komen was toch echt door ook daadwerkelijk naar hem toe te gaan. En dat was volgens haar ook de enige optie. Dan moest hij misschien maar ongelofelijk kwaad worden en de deur voor haar neus dicht gooien, hopelijk kon ze het dan eindelijk afsluiten en ook verder met haar leven. Met haar leven, zonder hem, zoals hij ook door was doorgegaan met zijn leven, zonder haar. Vandaag was erop of eronder, en een weg terug was er niet meer, ze stond inmiddels al voor zijn huis. Al moest ze wel nog even de moed bijeen verzamelen om ook daadwerkelijk aan te bellen. Straks zou hij niet thuis zijn, of deed zijn vriendin open en wat dan? Tijd om daar verder over na te denken, kreeg ze enkel niet, aangezien de deur voor haar al open ging.
'Oh hallo, kan ik u ergens mee helpen' werd Eva opgeschrikt uit haar gedachte. Dit moest ze wezen, dit was zijn vriendin, zijn verloofde het kon niet anders.
'Ik ehm, is Wolfs thuis' stamelde ze overvallen, er was nu geen weg terug meer.
'Floris liefje er is hier iemand voor je bij de deur' schreeuwde de vrouw naar binnen toe. 'Hij zal zo wel komen' glimlachte ze vervolgens naar Eva waarna ze haar weg vervolgde en Eva niet anders kon dan haar na kijken. Dat was ze, de vrouw die haar gelukkige leven in de weg stond. En ze was nog mooi ook, veel mooier dan dat Eva zich had kunnen voorstellen.

Zover weg en zo dichtbij (flikken maastricht story)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu