XXVIII

505 56 2
                                    

Tien jaar geleden

"Mama?" Vraagt Josef zacht. Hij strekt uiterst voorzichtig zijn hand naar haar lichaam uit. Nog voordat hij haar echt aanraakt draait ze zich langzaam kreunend om.
"Sorry... We, we dachten dat je dood was." De teleurstelling klinkt door in Josefs stem. Ik slik en pak geschrokken Josefs hand als mama begint te lachen.
"Je kunt het niet verbergen kind." Zegt ze ijskoud. Zou ze überhaupt weten dat hij Josef heet? "Je had liever gehad dat ik dood was of niet?" Ze rekt zich uit.
"Nee natuurlijk niet." Verzucht Josef op zijn allerliefst. Ik zie aan zijn houding dat hij het verafschuwd om zo naar mama's pijpen te dansen, maar deze keer weet hij zijn gevoelens te verbergen.
"Ach wat kan mij het ook verrekken." Verzucht mama. Ze komt overeind. Van schrik zet ik een paar stappen achteruit.
"Cloé, meisje, ben jij er ook nog?" Zegt mama ineens in mij geïnteresseerd. "Kom eens hier." Ze steekt haar hand naar me uit. Bang zet ik een stap naar voren. Ze strijkt met haar hand door mijn haar, over mijn wang en dan over de rest van mijn gezichtje. Bijna begin ik te huilen, maar ik houd me groot. Ze laat haar hand weer zakken. Net als ik mijn gespannen schouders een beetje laat zakken heft ze haar hand opnieuw en geeft ze me een klap op wang. Josef grijpt me bij mijn hand en trekt me naar achteren. Boos kijkt hij mama aan. Mama lacht als een klein kind dat net een gigantisch grappige mop heeft gehoord. In haar ogen zie ik dat het veilig is wat Josef doet. Mama is zo ver heen dat ze er nooit op zou komen ons op te sluiten en te high is om na te kunnen denken. Als mama echt veel van haar witte poeder, haar gekleurde pillen of haar spuitjes gelige vloeistof heeft gehad, zijn Josef en ik misschien nog wel veiliger dan wanneer ze nuchter is.
"Mama wat heb je gehad?" Vraagt Josef zakelijk. Ze laat een aantal gekleurde pillen uit haar hand over de vloer rollen. Josef zucht en draagt me op de gordijnen dicht te doen.
"Niemand mag haar zo zien." Fluistert hij. Ik klim op de bank en probeer zo goed en zo kwaad als het gaat de bruine gordijnen over de verroeste roede naar elkaar toe te schuiven. Mevrouw Damstra kijkt door het raam naar wat ik aan het doen ben. Ik lach nog eens lief naar haar voordat ik in een laatste ruk de gordijnen sluit en van de bank spring. Mama kruipt opnieuw in haar hoekje op de bank.
"Waarom doen we nog ons best voor haar?" Vraag ik fluisterend. Josef haalt zijn schouders op.
"Misschien kunnen we haar maar beter van kant maken." Verzucht Josef zacht. "Nog even en ze doet het met ons." Josef houdt even halt, maar lacht dan even grimmig. "Hoeveel pillen zouden we haar moeten geven voor ze dood gaat?" Ik snap de grap niet en kijk vragend naar Josef op. Hij legt een hand op mijn schouder en zucht.
"Och vergeet het Clo, zo dapper zijn we toch niet..."

Ons geheim Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu