POV Louis William Tomlinson
Ik heb mijn moeder niet gebeld dat ik kwam. Ik denk dat een deel van me wilt dat het een verrassing is en een ander deel van me wilt niet dat ze me vertellen dat ik niet moet komen. Ik weet dat mijn moeder me zo vaak heeft gebeld dat ik naar huis moet komen, maar haar laatste telefoontje blijft maar in mijn hoofd spoken.
Ze huilde. Ze huilde niet veel tijdens mijn opvoeding behalve toen ik vertelde dat ik gay was. Haar tranen vaan haar laatste voicemail waren van pijn en gebrek. Ze wilt dat ik naar huis ga. Ze zei dat mijn zussen naar me vroegen en dat is waar ik het meest bang voor ben. Ik ben bang dat ze me niet terug willen, omdat ik weg ben gegaan.
Wat als het Lottie niet uitmaakt dat ik terug ben? Wat als Fizzy, Phoebe of Daisy me niet terug wil? Wat als al mijn zusjes hun grote broer zijn vergeten?
'Je been stopt niet met schudden, love.'
'Ik ben bang,' geef ik toe. Ik laat hem rijden naar mijn geboortestad aangezien ik zelf te zenuwachtig ben om te rijden. Ik kreeg geen eten naar binnen deze ochtend.
'Waar denk je aan?'
'Wat als mijn zusjes me zijn vergeten? Wat als mijn moeder me haat? Wat... wat als mijn vader probeert je pijn te doen?' antwoordt ik snel en zachtjes. De angst is duidelijk zichtbaar op mijn gezicht. Harry pakt mijn hand vast.
'Het komt goed. Ik ben de hele tijd bij je. We kunnen dit samen,' stelt Harry me gerust. Hij brengt mijn hand naar zijn mond en hij geeft er een zacht kusje op. 'Zoals Troy zei, we doen dit samen.'
'Je moet stoppen met het citeren van dingen uit High School Musical!' probeer ik naar hem te schreeuwen, maar het mislukt door mijn lach. Zijn woorden zorgen ervoor dat ik rustiger word. Ik leun naar achteren en ik luister naar de muziek op de radio. We komen eerder bij het huis aan dan dat ik had gedacht. Er staan twee auto's. De rode auto herken ik, maar de andere niet. Misschien is die van Lottie. Ze zou nu waarschijnlijk wel kunnen autorijden.
'We kunnen even wachten voordat we naar binnen gaan,' zegt Harry, maar ik schud mijn hoofd.
'Ik ga naar binnen. Ben je er klaar voor?' vraag ik.
'Ik ben klaar als jij dat bent, Lou.'
Ik adem diep voordat ik de deur open. We hebben slaapzakken meegenomen als het goed gaat, maar het is niet slim om die gelijk mee te nemen. Ik kijk naar huis waar ik in opgegroeid ben. Het is een groot huis. Als we naar de voordeur lopen zie ik de boom waar ik uit ben gevallen toen ik tien was. Ik had mijn arm toen gebroken. Ik herinner dat. Als ik naar het huis kijk komen er veel herinneringen in me naar boven.
Harry en ik staan voor de deur. Ik wil op de deurbel drukken, maar Harry houdt mijn hand tegen. Ik kijk hem raar aan. In plaats van dat hij antwoord geeft drukt hij zijn lippen op de mijne.
'Ik houd van je, Lou, en ik ben er altijd,' stelt Harry me gerust. Ik knik en daarna druk ik op de deurbel.
Het duurt even voordat er iemand antwoord. Ik hoor wat geschreeuw en het klinkt als iemand die ik herken van mijn jeugd. Mijn moeder was te druk bezig en mijn zusjes waren bang voor vreemden. Dat zorgde ervoor dat ik of Lottie meestal de deur moest openen. Daarom verbaast het me ook niet als mijn oudste zusje de deur opent.
Lottie is nog steeds kleiner dan ik, maar ze is een mooie vrouw geworden. Haar haar is zilver gekleurd en dat laat me denken aan de maan. Ik herinner me dat ze van make-up hield en dat is nu duidelijk te zien. Haar blauwe ogen zien er nog mooier uit met de eyeliner en mascara. Ze is zo mooi.
'Lottie?' vraag ik zachtjes als ze naar me kijkt in verbazing. Is ze me vergeten?
'Het kan je niet zijn...' mompelt Lottie.
'Ik ben het. Je broer. Ik ben het, Lou-'
Ze gooit haar armen om me heen en ik weet dat haar mascara op mijn shirt gaat komen door de tranen. Ik sla mijn armen om haar taille. Ik houd mijn zusje stevig vast en ik druk een kusje aan de zijkant van haar hoofd als ik zelf ook moet huilen.
'Ik heb je zo erg gemist,' zegt ze als ze terugtrekt. Ze wrijft in haar ogen.
'Het spijt me dat ik weg ben gegaan. Het spijt me, Lottie, ik moest gaan. Ik moest,' leg ik uit, maar ze schudt haar hoofd.
'Het is oké, Louis, ik begrijp het. Je had het moeilijker dan ons tijdens je opvoeding,' stelt ze me gerust. 'Ik heb het uitgelegd aan Fizzy, Phoebe en Daisy toen ze oud genoeg waren. Ernest en Doris zijn nog steeds te jong.'
'Waar zijn de andere?' vraag ik nerveus. Ik ga op mijn tenen staan zodat ik langs Lottie het huis binnen kan kijken. Ik zie alleen wat speelgoed op de grond en ik hoor wat gegiechel in het huis.
'Binnen,' antwoordt Lottie voordat ze naar de jongen naast me kijkt. 'Wie is dit? Je hebt hem niet voorgesteld, Lou?'
'Ik ben Harry.' Harry schudt haar hand. 'Ik ben Louis'...'
Zijn stem stopt. Hij kijkt me aan om te kijken of het goed is als hij het vertelt.
'Hij is mijn vriendje.'
'Leuk je te ontmoeten, Harry. Als je mijn broer pijn doet, zorg ik ervoor dat je ballen eraf gaan. Zullen we nu de andere ontmoeten?' vraagt Lottie lachend. Harry lacht en al mijn angst is weg.
'Ik zou het fijn vinden om mijn zusjes weer te zien,' zeg ik met een grote lach.
Nieuw hoodstuk! Vergeet niet te stemmen!
Loveyou
x Iworkinabakery
JE LEEST
Pride // Larry Stylinson DUTCH
FanfictionLouis Tomlinson heeft zo hard geprobeerd om niet te zijn wie hij is. Hij heeft jarenlang geprobeerd niet de persoon te zijn die mensen niet accepteren. De muren die hij heeft gebouwd worden langzaam afgebroken door een lange jongen met groene ogen...