Hoofdstuk 4

1.9K 61 4
                                    

Hoofdstuk 4: Oude herinneringen

Na de lessen loop ik meteen naar het wiskunde lokaal toe. Daar krijg ik meteen te horen van de docent dat ik en Hazeal de schoolvloer mogen dweilen. We krijgen twee dweilen aangereikt en twee emmers heet water. Zuchtend besluit ik zonder zeuren aan de slag te gaan. Nog geen vijf minuten later dweilen we braafjes in stilte de gang. 'Weet je, als je pudding zo belangrijk is geweest dan kan ik een nieuwe voor je kopen,' onderbreek ik de stilte. Hazeal stopt met dweilen en kijkt me zuchtend aan. 'Vergeet het maar...' En hij gaat weer verder. Ik blijf hem even aanstaren. Hij was zo perfect, zelfs met een dweil in zijn hand. 'Is er iets? Want je bent niks aan het doen en ik wil naar huis,' reageert hij geïrriteerd als hij me ziet niksen. Ik rol met mijn ogen. Waarom moet hij dan zo gemeen doen? Ik begin weer te dweilen. 'Waarom heb je eigenlijk mijn pudding gepakt?' vraagt hij na een tijdje. Ik kijk hem kort aan. 'Ik wist niet eens dat hij van jou was. Ik dacht niemand gaat hem toch opeten en dat vind ik zielig...' Hazeal kijkt me raar aan en ik besef dat mijn woorden inderdaad raar waren. Snel dweil ik verder. 'Van wie heb je gehoord dat ik jouw pudding heb gegeten?' Hazeal doopt zijn dweil in zijn emmer. 'Van een jongen die jou toevallig mijn pudding zag eten...' Ik bijt op mijn lip. 'Nogmaals sorry...' Hij kan alleen iets onverstaanbaars terug brommen.

-


Na het schoonmaken van de hele school loop ik zwaar vermoeid naar huis. Mijn moeder merkt meteen mijn houding. 'Valentina, kan je even komen zitten,' gebaart ze me naar de bank toe. Ik kreun zacht, maar ik ga gehoorzaam naast haar zitten. Mijn tas plof ik naast me neer. 'Gaat het wel goed met je?' Ik kijk haar vragend aan. 'Hoezo?' Mijn moeder zucht diep. 'Omdat je de laatste tijd echt anders doet. Je bent niet meer vrolijk, over alles klaag je en je bent heel snel moe en je ziet er moe uit en soms hoor ik je praten en dan denk ik dat je depressief bent...' Ik blijf mijn moeder even toonloos aanstaren. 'Ma...' wil ik zeggen als ze me al onderbreekt. 'Lieverd, je denkt toch niet weer aan vroeger?' Ik vergroot mijn ogen en schud razendsnel mijn hoofd. 'Nee, nee, ik probeer dat te vergeten!' Mijn moeder schrikt een beetje van mijn toon. 'Oké, ik zal er niet meer over hebben. Ik wil het ook vergeten, maar beloof je me dan dat je nu eerlijk zal zeggen wat je dan mankeert?' Ik zucht diep en knik dan verslagen. 'Misschien denk ik nog aan vroeger. Ik heb last van nachtmerries...' Mijn ogen vullen zich met tranen.  'Mijn nachtmerries zijn weer teruggekomen. En dat is de reden waarom ik altijd in de ochtend zo prikkelbaar ben...ik kom gewoon niet meer aan mijn slaap.' Mijn moeder knikt begrijpend. 'Ik zal kijken of ik ergens wat slaappillen voor je kan regelen.' Ik knik en geef mijn moeder een knuffel. 'Bedankt, ma.'

-

De volgende dag kijk ik nog altijd slaperig naar de les. Om mezelf toch nog een beetje wakker te houden, kijk ik steeds naar de rug van Hazeal, die voorin zit. Net als ik weer in slaap begin te vallen, schrik ik op door een harde stem door het lokaal. 'Hazeal, aangezien je slaapt in mijn les, denk ik dat jij alles al snapt. Kun je me uitleggen wat ik met deze formule bedoel?' Hazeal recht zijn rug en kijkt naar het bord. Dan opent hij zijn boek. De docent sluit vermoeiend zijn ogen. 'Weet je wat, Hazeal, je mag vertrekken!' Hazeal slaakt een neppe verontwaardigde zucht. 'Wat jammer nou...' Hij sluit zijn boek weer en stopt het in zijn tas. Dan staat hij op, wuift sierlijk naar de docent en loopt de klas uit. Hier en daar beginnen sommige klasgenoten te lachen. Maar ik rol met mijn ogen. 'Goed, laten we verder gaan met de les...'

Als de bel gaat, sta ik meteen op en stop alles snel in mijn tas. Als het goed is, is dit mijn laatste les voor vandaag. Ik kijk snel naar Vanessa die haar pen terug vraagt aan Bella. Ik pak mijn tas op en wacht geduldig totdat Vanessa ook klaar is. 'Je bent uit, hé?' knikt ze dan naar me als zij uiteindelijk ook klaar is. Ik knik en samen lopen het lokaal uit. 'Ik moet even naar mijn kluisje, kan je even meelopen?' vraagt Vanessa terwijl ze mijn arm al vastpakt. Ik trek al een gezicht, maar ze sleurt me mee. Bij haar kluisje aangenomen pakt ze haar boeken. 'Zullen we morgen gaan shoppen?' vraagt ze dan. Ik gaap. 'Natuurlijk, wat heb je nu weer gezien?' Vanessa sluit haar kluisje en pakt mijn hand weer vast. 'Een prachtige jurk! Echt waar, hij is grijs en heel kort! Oh, en je kan elke vrouwelijke rondingen perfect bewonderen.' Ze grinnikt ondeugend. Ik schud lachend mijn hoofd, ondertussen lopen we naar de uitgang. 'Misschien kun je ook zo'n jurk kopen, je moet die dames toch ooit laten zien aan de wereld?' En ze knijpt persterig in mijn borsten. Lachend sla ik haar handen weg. 'Vanessa, je bent gek!' Vanessa haalt lachend een hand door haar bruine haren. 'Ik ben niet gek, ik geniet van het leven. Ik hou ervan om de wereld te laten zien hoe ik ben!' Ik kijk haar droogjes aan. 'Ik zou mezelf ook ophemelen als ik jou was. Ik bedoel, je hebt het helemaal. Lange bruine haren, felblauwe ogen en goed gevormde lichaam. Wat zou jij nog meer willen?' Vanessa houdt de deur naar buiten voor mij open. 'Ah kom op, Valentina, jij bent ook een mooi meisje, alleen zie je dat niet en gedraag je er ook niet naar. Ik bedoel...als je meer zou lachen...' Ze laat de deur achter zich los. 'Vanessa, jij weet dat ik niet echt veel redenen heb om te lachen...' Vanessa gaat meteen voor me staan en houdt haar vinger streng op mijn neus. 'Dat is bullshit! Ik weet dat jij een heftige verleden achter de rug heb. Maar dat is het verleden. Je bent nu in het heden. En hier heb je echt veel redenen om blij te zijn, alleen jij blijft weer hangen in het verleden!' Ik zucht diep. 'Ja, ja, die heb ik wel vaker gehoord...' Vanessa rolt met mijn ogen en loopt weer verder. 'Dan moet je het ooit een toepassen in je leven.' We lopen langs een rugbyveld waar rugby wordt gespeeld. 'Ooit, Vanessa, geef me even en alles wordt het anders.' Vanessa kijkt me aan. 'Dat hoop ik.' Terwijl ze dat zegt, kijkt ze verward naar achteren. 'Valentina!' schreeuwt ze dan voordat ik harde klap tegen mijn hoofd voel. Meteen begin ik sterretjes te zien. 'Oh mij God, gaat het?' Ze pakt mijn armen vast en scant me grondig met haar blauwe ogen. De sterretjes die ik zie beginnen opeens heftig te draaien. 'Valentina!' hoor ik Vanessa ergens ver weg roepen. Maar dan zie ik niks anders dan zwart...



CHANGEWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu