Hoofdstuk 167

565 24 0
                                    

Hoofdstuk 167: Onderzoek weer geopend

Een week is inmiddels voorbijgegaan. Tot nu toe ben ik niet meer naar school gegaan. Mijn angst om zelfs op straat gepakt te worden is opeens erg groot geworden. Ik durf zelfs niet eens uit het raam te kijken. Slapen doe ik al helemaal niet meer. En dat is goed te zien aan mijn enorme wallen. Ik kan maar niet rusten totdat ze hem gevonden hebben. Cynthia maakt zich ernstig zorgen over me. 'Je moet rusten, Valentina en leren voor je examens!' had ze gezegd. Maar ik had haar genegeerd. Ik doe niets anders dan waken. Waken voor mijn leven.

Ook mijn vrienden zijn bezorgd. Vanessa en Bella kunnen maar niet begrijpen waarom ik niet naar school ga. En Joey heeft me zelfs bedreigd om me op te halen. Maar zover komt het heus niet, ik doe alles om ze niet hiernaartoe te leiden. Dus heb ik gezegd dat ik ernstig ziek ben.

Ook tante Isabella is erg teleurgesteld. Ze snapt natuurlijk mijn trauma. Maar ze vindt dat ik school niet moet verwaarlozen. Dat zou zelfs mijn moeder niet gewild hebben. Maar hoe kan ik nou aan school denken als er een maniak rondloopt? Ik kan gewoon niet rustig doorleven alsof er niks is gebeurd. Hij heeft mijn moeder bedreigd met de dood en hij zou voor me terugkomen. Wanneer, weet ik niet. Maar daar ben ik dus bang voor.

'Valentina,' hoor ik dan Cynthia zeggen. Langzaam kijk ik op. 'Er is bezoek, wil je naar de woonkamer lopen?' Ik frons even verward. Ik heb geen enkele bel gehoord. Toch besluit ik naar de woonkamer te lopen. Daar zie ik meteen een bruinharige vrouw staan. Ik herken haar gelukkig meteen.

'Delgado,' groet ik haar kalm en ik schud haar hand. 'Valentina, gaat alles goed met je?' vraagt ze meteen bezorgd als ze me gescant heeft. 'Ja hoor,' mompel ik en ik neem zuchtend plaats op de bank. 'Valentina gaat al een week niet naar school. Laat staan naar buiten. Is er echt niks wat jullie voor haar kunnen doen?' hoor ik Cynthia dan hulpeloos vragen. 'Nee. De politie vindt dat de dreiging niet meer zo groot is. Het is nu een beetje afwachten of de verdachte straks zijn gezicht weer laat zien.' Cynthia schudt afkeurend haar hoofd. 'Dit is geen leven voor een zeventienjarige! Ze hoort zich zorgen te maken over haar eindexamens! Niet over een volslagen gek die haar heeft geprobeert mee te nemen!' roept ze dan uit. Delgado blijft wonderlijk kalm. 'Ik snap het, ik begrijp jullie zorgen. Daarom ben ik hier. Ik wil die gek pakken!' Meteen heeft ze ons volledige aandacht. 'Hoe?' vraag ik verbaasd. 'We hebben jullie zaak weer heropend. Dit heeft ons genoeg aanleiding gegeven om de zaak weer te herpakken. Als we hem vinden, dan kan hij meer vertellen...' 'Tenzij hij ook zijn mond wilt houden en vermoord daarvoor wordt...niet dat ik dat er zou vinden...' En ik sla meteen mijn ogen neer. Delgado zucht diep. 'Ik vond het ook heel erg toen ik over de dood van Ander hoorde, Valentina. Het was een enorme klap voor ons...' Ik kijk haar emotieloos aan. 'Jij? Je bent maar een rechercheur? Het maakt jou geen ene donder uit wat er met de verdachte gebeurd. Jij hebt hem zelf opgepakt!' Delgado slikt even zichtbaar. Haar ogen kregen heel even een trieste glans. Toch herpakt ze zichzelf snel weer. 'Ik was hier gekomen om dus te melden dat we Hem zullen aanpakken!' Ik kijk hoofdschuddend weg. 'Hoe? Jullie gaan hem niet vinden.'

'Valentina, hou op! Tenminste wordt er wat gedaan,' sist Cynthia streng naar me.

'Nee, het gaat niks worden. Ik heb allang al geaccepteerd dat mijn vader en zus dood zijn. Het boeit me niet meer.' En ik sta vervolgens snel op en loop naar mijn kamer toe. Het zijn allemaal loze praatjes.

-

En zo staar ik even later weer voor me uit. Mijn ogen voelen zwaar en mijn geest is uitgeput. Maar ik kan niet slapen. Van elke geluidje schrik ik op. Van elke schaduw verlies ik mijn kalmte. Ik wil hier een einde aan maken. Ik wil dat deze pure angst in me stopt. Ik wil vrij zijn van elke probleem die ik heb. Via mijn ooghoeken zie ik mijn deur open gaan. Meteen gaan al mijn nekharen overeind staan, maar gelukkig zie ik dat het Cynthia is. 'Ze is weg,' fluistert ze zacht. Ik knik alleen maar en probeer mijn bonkende hart te kalmeren. 'Je moet ooit weer naar buiten, Valentina. En naar school toe. Je school belde weer. Als je zo doorblijft wordt je geschrapt voor een beurs en kan je zelfs je examens niet meer maken!' Ik kijk haar aan. 'Het boeit me niet, Cyn, niks boeit me meer. Weet je wat wel boeit? Leven! Ik wil leven!' En ik kijk weer voor me uit. Starend naar het niets.

CHANGEWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu