Hoofdstuk 133

622 26 1
                                    

Hoofdstuk 133: De rechtszaak deel 2

Na de pauze ben ik aan de beurt. Shanon begeleidt me naar de kamer toe. 'Succes,' fluistert ze nog. Ik knik en neem plaats op de stoel. 'We gaan over drie tellen live...een...twee,' begint Shanon dan af te tellen. 'Drie!' En dan verlaat ze meteen de kamer. Ondertussen begint er een rood lampje te branden, het teken dat ik nu live ben. "Nu zullen jullie de getuigenis horen van een zeventienjarige meisje, die toen zes jaar oud was..." hoor ik Jean-Paul zeggen. Boven de camera zie ik een beeldscherm waar ik de rechtszaal goed kan zien. 

"Zo...jongedame...kunt u mij vertellen wat jij je nog herinnert?" vraagt Jean-Paul aan me. En hij richt zijn blik naar mij. Ik lik even mijn lippen terwijl ik naar de camera staar. 'Ja, ik herinner me alles nog heel duidelijk.' Meteen zie ik Ander opkijken. Zijn groene ogen zijn groot en emotieloos. "Wie zag u als eerste?"  vraagt Jean-Paul verder. Ik slik even. 'Ik zag drie mannen, alledrie gemaskerd. Een van hun had een wapen die hij op mijn moeder richtte...toen werd mijn vader weggesleurd door twee mannen...' "Wie waren deze mannen?"  Ik voel mijn hart even bonken door zijn onverwachte vraag. Mijn ogen glijden even naar Ander, die nog steeds met grote ogen naar mij kijkt. Niet dat hij me kan zien, maar hij weet dat ik daar ben. "Weet ik niet...ze droegen allebei maskers..." probeer ik de vraag een beetje te ontwijken, terwijl ik dondersgoed weet wie mijn vader heeft meegesleurd. "Er waren maar drie mannen, Valentina...je vertelde net nog dat de leider haar onder schot hield. Dus dat betekent dus dat meneer Lopez en zijn handlanger jouw vader meesleurde...klopt dat?" Ik kijk weer naar Ander, die even zijn ogen sluit.  'Ja...dat klopt,' zeg ik dan. "Goed...we spoelen even vooruit...naar het moment dat je verstopt was..."

Meteen flitsen er oude beelden door mij heen. Maar ik beheers me snel. "Wat gebeurde er daar?" vraagt Jean-Paul verder. 'Ik hoorde stemmen. Ze waren over mij aan het praten. Ze zochten mij. Maar ze konden me niet vinden...' "Hoe zou dat komen, denk je?' vraagt Jean-Paul. 'Ander heeft me niet verraden,' reageer ik meteen. Jean-Paul kijkt kort even naar Ander, die langzaam zijn ogen weer opent. Ik voel mijn tranen meteen opkomen. Hij had prachtige maar oh zo trieste ogen. "Misschien is hij nog niet zo slecht," knikt Jean-Paul. 'Ik ben hem zo dankbaar voor dat. Daarom vind ik het erg om hem hier te zien...' En ik voel een traan uit mijn ooghoek ontsnappen. "We moeten niet vergeten dat deze man uw vader heeft ontvoerd. Wie weet wat er verder is gebeurd met ze..." Sommige jury-leden knikken met hun hoofden.

Ik laat mijn hoofd deemoedig hangen. Ze begrijpen me niet. Ze begrijpen zijn acties niet. "Jongedame, kun je me wat meer vertellen over de leider?" vraagt Jean-Paul dan verder. 'Ja...' reageer ik snel met een gebroken stem. Snel schraap ik mijn keel. 'Hij was blond, ijskoude blauwe ogen en een onvriendelijke gezicht.' Jean-Paul knikt. "Ik heb hier een schets...die gebaseerd is op jou en je moeders beschrijvingen. Is dit de man die je gezien hebt?" En hij houdt een tekening omhoog met de gezicht van een man erop. Ik staar er even naar.

Meteen krijg ik het bloedheet. Ik herken hem ergens van! Zijn ogen. Zijn hoeken. Zijn blik. Alles speelt zich weer voor mijn ogen, alsof ik naar een film kijk.

'Wat doe jij helemaal alleen in de regen, dame?' hoor ik plots een stem achter me zeggen. Ik draai me om en kijk recht in twee paar blauwe ogen. 'Wat?' vraag ik met een dubbele tong, terwijl ik me een beetje slaperig voel worden. 'Je hebt het vast koud, kom met me mee, ik breng je naar mijn huis,' zegt de mannenstem weer met zijn blauwe ogen. Ik knijp mijn ogen een beetje samen en staar de man bedenkelijk aan. Ergens heb ik het gevoel dat ik hem ken, maar ik kan er mijn vinger maar niet opleggen. 'Kom...' Hij pakt mijn arm vast. Het liefst wil ik hem van me lostrekken, maar ik voel me zo slaperig. Toch stribbel ik zacht tegen. 'Nee, ik... moet naar... binnen,' zeg ik zacht. 'Nee, nee, je gaat met mij mee!' De man trekt me ruwer mee. 'Nee!' zeg ik weer en ik probeer me los te trekken. 'Hey, jij daar, wat doe jij daar met mijn vriendin!' hoor ik in de verte iemand roepen. De man met de blauwe ogen laat mijn arm meteen los, waardoor ik meteen mijn evenwicht verlies en val. Maar ik word net op tijd opgevangen door iemand. 'Ga weg of ik bel de politie! Je blijft met je poten van haar af, hoor je me!?' roept Joey kwaad terwijl hij me recht zet. De man kijkt hem nijdig aan, maar loopt toch weg. 'Klootzak,' roept Joey hem nog achterna.

"Jongedame, ben je er nog?" Jean-Paul's  stem haalt mij meteen uit mijn herinnering. 'Wat?' vraag ik even verward. "Ik vroeg of u deze man zou herkennen?" Ik slik en probeer mijn angst-gevoel weg te drukken. "Ja...ja...' stamel ik. Jean-Paul knikt, maar ik zie de vraag in zijn ogen. "Ik heb verder geen vragen meer, Edelachtbare," knikt hij en hij loopt weer naar zijn tafel toe. "Wilt de heer Martinez verder nog iets zeggen?" De advocaat knikt even. "Als het kan..." De rechter knikt hem goedkeurend toe. "Je was zes jaar toen, correct?" stelt hij een simpele vraag aan me. 'Ik was zes jaar,' beantwoord ik zijn vraag. "Heb je niet toevallig iets gehoord wat je eerst niet hebt begrepen, die avond?" vraagt hij. Ik kijk even naar de one way-mirror. En dan weer naar de camera. Dan opnieuw...komt er een oude herinnering naar boven over die avond. Een herinnering die uit de vergetelheid komt, simpelweg omdat ik het nooit begrepen had.

'Alsjeblieft, spaar mijn gezin,' hoor ik mijn vader zeggen. De gemaskerde man voor hem richt iets zwarts op hem. 'Je bent Don José iets verschuldigd! En in plaats dat je je schulden afbetaald, ga je ervandoor!' Mijn vader vouwt zijn handen smekend samen. 'Neem mij dan en laat mijn gezin met rust!' De gemaskerde man kijkt even kort naar zijn twee handlangers. Dan barst hij in lachen uit. 'Dacht je nou echt dat je van ons kon vluchten? Hier in Amerika hebben we ook onze connecties!' Mijn vader sluit zijn ogen. 'Alsjeblieft...'  Ik  richt mijn ogen naar rechts, waar ik mijn moeder zie zitten op haar knieeen. In haar armen houdt ze Angelina vast, die haar gezicht verbergt tegen haar borst. 'Laat mijn vrouw en dochters met rust...neem mij!' smeekt mijn vader weer. De gemaskerde man zucht. 'Mannen, pak de verrader!' De twee gemaskerde mannen lopen meteen naar voren en grijpen hem vast. Ik vergroot mijn bruine ogen. Ik begreep de hele situatie niet.

'Nee, ik heb niks gehoord,' zeg ik snel. De advocaat knikt. "Ik heb verder ook geen vragen voor haar, Edelachtbare," zucht hij. De rechter knikt. Snel neemt de advocaat weer plaats. "Edelachtbare, ik wil verder nog doorgeven dat meneer Lopez onze plea deal heeft afgewezen," zegt Jean-Paul. Ondertussen gaat de camera weer uit, zodat ik niet meer live ben. Shanon loopt de kamer binnen en seint even dat ik mee moet lopen. Snel volg ik haar naar de andere kamer terwijl ik nog net kan horen hoe Jean-Paul kort uitlegt wat voor soort plea deal het is.

Eenmaal in de andere kamer loopt mijn moeder meteen naar me toe en geeft ze me een knuffel. 'Alles goed?' Ik glimlach zwakjes. Ze knikt en we richten dan allebei onze aandacht weer naar de rechtszaak.

"En meneer Lopez wilt geen verklaring af leggen wat er verder is gebeurd met de slachtoffers? En dat terwijl hij weet dat hij 40 jaar extra kan riskeren?" vraagt de rechter verbaasd aan Jean-Paul. "Ja, dat heb ik gehoord van meneer Martinez." En ze kijken allebei naar Martinez. "De plea deal is werkelijk waar onzin! Mijn client heeft hem niet kunnen aannemen omdat hij vreest voor zijn leven. Als hij vertelt wat er is gebeurd met de slachtoffers, dan moet hij verboden namen opnoemen en dat zou zijn leven kunnen kosten. Dan kiest hij toch echt wel voor 40 jaar extra!" verdedigt Martinez zijn client meteen. Ik glimlach even. Ik mag die Martinez wel. Nu snap ik eindelijk waarom Ander liever zijn mond houdt....

CHANGEWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu