72 (ont)spanning

166 9 3
                                    

Ik lig onbezorgd op een luchtmatras te dobberen als mijn telefoon gaat en ik kreun. Dele lacht en legt het toestel met een handdoek aan de kant zodat ik snel kan opnemen.
"Met Louis." Ik kan mijn zucht echt niet inhouden als ik de vrouwelijke stem hoor; ze belt alweer om dezelfde fucking reden. Eentje waar ik niets aan kan doen... Ik rol lui met mijn ogen. "Ik wil je helpen, maar mijn antwoord blijft hetzelfde. Ik zie je later wel." En opgehangen. Dele lacht en glijdt terug soepel het water in.
"Je had geluk dat ik drankjes halen was."
"Ja, wat voor drankjes Dele..." Ik en Dele lachen tegelijkertijd om Nialls vieze gezicht. "Wat is dit zelfs? Kom op jongens..." Hij klinkt echt teleurgesteld. Ik lach nog luider, mijn buikspieren kunnen het maar met aan. De beteutering op de Ier zijn gezicht is gewoon te geweldig echt.
"Dat is wat je elke dag drie keer moet drinken volgens het schema."
Niall geeft me een blik van 'o ja?'. Het interesseert hem echt niet.
"Dat is goed voor je buikje, dikkerd." Binnen de seconde is de opblaasbare gele bal gevlogen van Niall's hand naar Dele's hoofd. Ik grijns enkel en slurp de substantie traag binnen. Drinken terwijl je in het water zit is misschien niet het beste plan, maar het partijtje volleybal voor voeten was dan ook heel vermoeiend. "Je hebt echt geen manieren." Ik grijns om die opmerking en stop er ook mee als Niall me een verontwaardigde blik schenkt. Als zijn ogen kogels zouden hebben... Dan was Harry heel boos geweest. Zo met mijn leven spelen.
"Wat? Jij stelde wel voor om naakt te volleyballen omdat Dele zijn zwembroek blijkbaar niet in zijn tas zat." Ik geef hem een blik en grijns dan. "Je weet toch dat alles flappert dan. Zoals een vrouw die zonder bh loopt." Volgens mij snapt hij het nu. Zijn ogen worden groter en er komt een stiekeme grijns op zijn gezicht. Ik geef Dele een blik. "Dat snapt hij wel."
"Zwijg idioten." Ik lach en ga terug op het luchtbed liggen.

Ik kreun als een zwoele stem in mijn oor fluistert. Ik ben kapot van de voorbije week en de vervroegde rechtszaak doet me snel mijn ogen sluiten.
"Louis...." De hese stem fluistert het zo verleidelijk. Mijn hoofd blijft koppig op die zachte borstkast liggen terwijl hij me nog steeds liefjes bij mijn heupen vast heeft. "Lou..." Ik doe een poging om mijn hoofd te schudden, maar frons volgens mij alleen maar. Ik lig veel te zalig op dat grote lichaam van hem. Het ruikt naar Harry, iets exotisch en zoet. Het is warm en zijn vingers strelen zachtjes langs mijn ontblote zijde terwijl hij mijn schouder begint te kussen. Ik zucht trillerig en ben niet van plan me een voet verder te bewegen. "Ik weet dat je goed ligt..."
"Heel eventjes, Har." Ik mompel het en open mijn ogen tot kleine spleetjes. Zijn borstkas is nog steeds gehandhaafd, iets wat altijd zo zal blijven, maar ik kus hem daar toch terwijl mijn vingers vederlicht langs zijn ribben omhoog en omlaag vegen. Hij zucht ook onhoorbaar. "Gewoon even genieten." Ik kus hem opnieuw en blijf liggen, genietend van zijn subtiele bewegingen over mijn torso. Zo zacht en bezorgd.
"Als je advocaat zou ik moeten zeggen dat je nu echt wel moet opstaan." Ik grinnik kort en hef mijn kin wat op zodat ik Har zijn mooie gezicht kan zien. Zijn reactie op mijn wederantwoord.
"En als mijn vriend?" Harry lacht ook kort. Zijn witte tanden reflecteren met de binnenvallende zonnestralen, iemand heeft de gordijnen niet goed toegedaan. Ik weet niet meer of het mijn vermoeide hoofd of zijn bewuste handeling was.
"Als je geliefde zou ik er alles aan willen doen om je hier te houden." Ik kus hem in zijn hals en dan kort op zijn lippen, eentje die hij verwachtte, voordat ik mijn stijve lichaam omhoog hijs tot ik naast hem zit. De koude is meteen confronterend, net als de gedachte aan een rechtszaak.
"Kan je me niet vastbinden hier? Dan heb ik een goede reden." Ik gaap lui en steek mijn voeten in mijn blauwe pantoffels.
"Louis... Stop met me op verkeerde gedachten te brengen. Straks zie ik niets anders meer voor me..." Ik lach en sta op. Zonder al te veel tralala sta ik een minuut onder een lauwe douche om mezelf wakker te krijgen waarna ik me in een hemd en geklede broek steek. Als ik de keuken binnen kom, merk ik op dat Harry weer een van zijn strakke pakken draagt. Zijn groene ogen volgen me de volledige vijf meter die ik naar hem toe wandel. Ik grijns en sla mijn armen kort om hem heen.
"Weer zo'n strakke broek aan zodat ik niets anders kan doen dan aan dat achterste van je denken?" Hij lacht, maar streelt me wel vriendelijk over mijn lage rug.
"Dat doe je sowieso toch al."
"Styles!" Nep verbaasd stap ik achteruit en warm ik havermout op. Ik gooi er wat besjes bij en neem de kom mee de lift in omdat ik aanvoel dat we moeten gaan, nu. Harry's ogen flitsen voortdurend naar de deur, zogezegd onopvallend. Ik probeer er niet aan te denken dat hij niet moet ontbijten, want die vraag was bijna, alweer, van mijn lippen gerold. Ik weet nu al dat dit ontbijt niet voldoende gaat zijn om er een zware training mee vol te houden, maar goed. Harry's blik staat strak op de weg.
"Misschien kan je me vertellen wat ik moet doen straks?" Harry glimlacht en lijkt zijn schouders kort op te halen waarna zijn gezicht met de zwarte zonnebril zich lichtjes mijn kant uitdraait. Ik haat het als mensen zonnebrillen dragen; hoe weet ik nu waar hij eigenlijk naar kijkt? Laat staan dat we echt oogcontact kunnen hebben.
"Je staat als je binnen komt, als je moet spreken en als er vragen aan je gesteld worden, maar ik doe het meeste voor je."
"Spreken? Vragen?" Ik voel me onrustig en merk plotseling dat mijn handen wat klam zijn. Hij neemt mijn vrije hand vast en wrijft er geruststellend over.
"Gewoon de waarheid zeggen Lou." Ik knik traag en kijk achterdochtig naar de weg voor me. "Luister, ze heeft geen bewijs of niets, dus het zal snel gedaan zijn. Wees gewoon jezelf en antwoord beleefd." Ik knik opnieuw en bekijk mijn 'advocaat' kort. Het bovenste knoopje van zijn hemd staat open.
"Moet je geen das dragen? Of zo'n lange mantel." Harry lacht en geeft wat gas bij.
"Op hoog niveau ja. Plus, je moet altijd je sterkste troeven gebruiken." Ik grijns en laat hoofdschuddend zijn linkerhand los.
"Jaja... Excuses. Je bent al op zoek naar een ander die geen vrouwen zogezegd zwanger maakt." Ik lach met mezelf, maar merk snel dat Harry dat niet doet. Ongemakkelijk. Ik slik en geef hem een vragende blik, ik kan er mee lachen. Nu nog wel.
"Stop met jezelf naar beneden te halen. Je bent iemand geweldig Louis." Harry's stem klinkt plotseling veel lager en heser dan anders, of lijkt het zo maar? In ieder geval geeft het me kippenvel en een kleine rilling die ik goed weet te verbergen.
"Dankje Harold." Nu glimlacht hij wel, ondanks dat ik zelf er de kriebels van gekregen heb. Op een of andere manier voel ik me wel onrustig. Ik heb geen idee hoe alles nu gaat verlopen, en dat zorgt ervoor dat ik me tamelijk onzeker voel; meestal ben ik juist de leider die weet wat er gaat gebeuren en hoe we dingen gaan aanpakken. Ik zucht en bekijk de grote man naast me. Zijn gespierde lichaam zit verstopt achter een hemd en blazer terwijl slanke maar ervaren vingers behendig het voertuig op de juiste koers houden. Harry geeft me een korte blik en doet me glimlachen, hem wil ik wel vertrouwen als leider, voor een keertje. Hij ziet er kalm en rustig uit, met groene ogen die oases van kalmte en zelfvertrouwen zijn. Hij weet wat hij doet. Harry is immers ook al oud, of dat zegt hij toch. Het is buiten de radio stil in de auto, maar we lijken er beiden even van te genieten. Gewoon elkaars aanwezigheid lijkt genoeg te zijn, iets wat me eerst toch even ongemakkelijk maakte. Bij al mijn vrienden die meestal zelf welbespraakte personen zijn, wordt er voortdurend tegen je gebabbeld over de reinste onzin en serieuze onderwerpen. Hier niet. Het lijkt wel alsof die wijze ogen precies weten wat ik denk, iets wat het op zich nog enger maakt, maar als je het aanvaardt... Ik voel me goed bij hem. We lachen tegelijkertijd om een man die zich blijft verspreken uit zenuwen dat hij uitgezonden wordt op nationale radio. Als we geparkeerd zijn, zucht ik hoorbaar, mijn ogen gaan alvast op zoek naar de ingang van het gebouw. Altijd vooruit denken.
"Gaat het?" Een kleine glimlach rust op zijn volle lippen. "Je ziet er echt zenuwachtig uit, Louis. Dat is echt niet nodig, vertrouw mij." Mijn benen hebben inmiddels de grijze klinkers gevonden en ik snuif naar mijn vriend die iets verder boven de auto uittorent dan mij.
"Jou vertrouwen? Je hebt me nog niet eens gezegd wat jij precies gaat zeggen." Harry glimlacht opnieuw mysterieus en knoopt met zijn rechterhand zijn blazer toe.
"Wacht maar af. Veel ga ik niet moeten doen." Ik frons lichtjes maar volg zijn lange benen dan toch maar naar de ingang.

Spannend moment voor onze lieve Louis.


Link'sWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu