| Deel 57

54 7 2
                                    

Het enige wat ik voelde was pijn. Pijn en nog eens pijn. Toen ik mijn ogen langzaam opende sloot ik ze weer meteen dicht door het felle licht die op mijn gezicht en in mijn ogen scheen. Ik probeerde te bewegen maar dit lukte me niet want voor mijn gevoel leek ik juist niets te voelen.

"Mevrouw Naciri?".

Ik volgde het geluid en opende langzaam mijn ogen weer. Dit keer was er minder licht want iemand stond over mij heen gebogen. Ik zag een gezicht van een vrouw. Ze had een bril op en keek me aan met een glimlach voor zover ik het zag want alles was en leek wazig. "U bent weer bij, hoe voelt u zich?". Vroeg ze. Ik knipperde met mijn ogen en wist in de eerste instantie amper wat ik hier deed. Mijn lippen waren droog en ik fronste mijn wenkbrauwen. "Waar ben ik?". Vroeg ik zacht.

"U ligt in het het ziekenhuis mevrouw Naciri." Zei ze. Bij het woordje ziekenhuis schoten mijn ogen open. "Mijn baby!" Zei ik paniekerig. Ik wilde overeind komen maar dit lukte me niet. "We hebben helaas de baby niet kunnen redden mevrouw Naciri. U bent er zelf nog goed vanaf gekomen." Zei ze.

"Is mijn baby...dood?". Zei ik met een rillende stem. Ze knikte langzaam en keek me aan. "Dat is maar goed ook dat het er niet meer is vind je niet?". Ik knipperde met mijn ogen en zag ineens het gezicht van Badr. Ik schrok en kneep mijn ogen hard dicht.

"Rustig maar.. rustig maar...mevrouw Naciri.." Ik opende mijn ogen langzaam en zag ineens andere mensen in de kamer staan. Een zuster hieldt me vast en een arts liep gauw naar mij toe. "Mijn baby... alsjeblieft mijn baby..". Smeekte ik. Ik kwam weer overeind en zag mijn volle buik uitsteken. "Alles is ok. Alles is ok mevrouw Naciri. De baby leeft nog. De schotwond zit ernaast." Zei de zuster die me vasthield.

Gelukkig..

...het was een nachtmerrie.

De deur vloog ineens open en ik zag hem staan. "Hoe gaat het met haar en.. het kind?". Zei hij. "Prima de heer Ziane. Mevrouw Naciri is eindelijk weer bij." Zei een arts. "Hoe lang ben ik weg geweest?". Vroeg ik. "Drie dagen. De operatie was best complex." Zei ze. Ik legde mijn handen op mijn buik en liet mijn hoofd op het kussen vallen. "Je blijft nog een nachtje ter observatie en dan mag je morgen naar huis." Zei de arts. Ik knikte langzaam en hoorde ineens geklop op de deur.

De deur ging ietje open en rechercheur Mertens stond voor de deur. Badr keek geïrriteerd en nam plaats op een stoel. De arts en twee zusters vertrokken uit de kamer. "Hoe gaat het mevrouw Naciri?". Vroeg hij. "Het gaat wel goed..". Zei ik. "Ik heb de artsen zonet gesproken. De baby maakt het ook goed. Dat is fijn om te horen." Zei hij. Hij liep langzaam naar mij toe en keek naar Badr. Uw ex vrouw is op borgtocht vrijgelaten. Haar vader is zoals u al weet advocaat. Ze was mentaal niet in orde blabla en ga zo maar door. Er is genoeg bewijs dus ze zal sowieso moeten gaan brommen voor poging tot moord. Dubbele moord in dit geval." Zei de rechercheur.

"Dat weet ik." Zei Badr. "Hm ja, maar mevrouw Naciri niet neem ik aan? Of had u het al verteld?". Vroeg de rechercheur aan hem. Ik schudde mijn hoofd en de rechercheur knikte. "Goed, nu wil ik mevrouw Naciri even onder vier ogen spreken." Zei hij. Badr keek op en toen naar mij. Hij stond op en zag er echt zwaar geïrriteerd uit. Toen de deur dicht viel keek rechercheur Mertens mij aan.

"De resultaten zijn binnen." Zei hij. Ik fronste mijn wenkbrauwen en dacht ineens aan wat hij vier dagen geleden zei. Iets waardoor ik huiverde en letterlijk een hartverzakking van kreeg was het niet Christina die ineens voor mijn neus stond.

"Omar Naciri is uw vader." Zei hij. Ik trok mijn wenkbrauwen op en kreeg een paniekaanval. "Dat weet u zeker?". Vroeg ik. Hij haalde een papiertje uit zijn zak. "99%" Antwoorde hij. Ik was al zwak en lam maar nu, nu voelde ik alsof mijn ziel uit mijn lichaam gezogen werd. "We hadden al zo'n vermoeden, maar dit is toch meer zekerheid." Zei hij. Ik keek hem aan met betraande ogen en schudde mijn hoofd. "Ik vraag me af of hij het ook weet." Zei ik. De rechercheur hief zijn schouders op. "Als we hem te pakken krijgen kun je die vraag stellen. En nog veel meer..".

Haar naam is SophiaWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu