9.7

297 18 9
                                    


Bilal bleef voor de deur van het appartementgebouw staan. Zou hij dit wel doen? Wat als hij zich nu gewoon zou omdraaien en Oumaima gewoon zou vergeten..Wat dan? Dan zou hij er spijt van hebben, dat wist hij maar al te goed. Hij ademde diep in en ging naar binnen, hij liep de trappen op en stapte toen bibberend van de zenuwen naar de gehavende deur. Zijn lippen voelden kurkdroog aan. Hij streek nog eens door zijn haar uit gewoontje en klopte toen zachtjes op de deur. Hij hoorde een kindje huilen, Mansour waarschijnlijk en toen heel veel gestommel, waarna het stil werd. De deur werd op een kier geopend en het emotieloze gezicht van Oumaima verscheen.
"Ja?"
"Euhm Oumaima"
"U bent?"
"Bilal, maar-"
"Ken je niet"
En ze sloot de deur pardoes voor zijn neus. Bilal keek met grote ogen naar de gesloten deur, de moed zonk hem in de schoenen. Maar toen vermaande hij zich. Natuurlijk doet ze zo, sprak hij zichzelf moed in, ze is een meid die haar niet zomaar laat inpakken door de eerste beste gast. Hij slikte nog eens en klopte nog eens op de deur. Oumaima deed de deur nog eens op een kier open en keek met fonkelende ogen naar Bilal.
"Wat?"
"Oumaima, geef me nu een kans om-"
"Om wat te doen? Hmm? Mij in de zeik te zetten? Me belachelijk te maken? Er voor te zorgen dat ik weer het onderwerp ben van alle roddeltantes van heel de buurt? Neen, bedankt, laat me met rust."
Ze wilde weer de deur dichtsmijten, maar Bilal zette toen wat moediger zijn voet ertussen.
"Ik heb geen kwade bedoelingen.."
Oumaima keek Bilal spottend aan.
"Hmm..goed geprobeerd. Zeg tegen Nordin dat ik hier echt niet in trap."
"Waarom denk je heel de tijd dat ik een vriend van Nordin ben?"
"Ik heb je door! Je wilt mijn kind weer afpakken, net als de vorige keer! Ik ben niet onnozel!"
"Ik wou je kind niet afpakken man! Hij viel bijna van de trap! En vermits zijn moeder nergens in de buurt was, was het maar goed dat ik hem tegenhield, anders was hij van de trap getotterd!"
"Verwijt jij mij, jij een wildvreemde, die mij helemaal niet kind, er mij van een slechte moeder te zijn? Hoe durf je!"
"Neen, dat bedoelde ik niet"
Bilal wilde net reageren toen hij een hand op zijn schouder voelde. Hij slikte, draaide zich om en keek recht in de woedende ogen van een jongeman met dezelfde ogen als Oumaima: Aziz.

Bilal bedacht dat het momenteel echt niet erger kon worden. Het meisje waar hij zot van was, moet hem duidelijk niet hebben en nu stond hij oog in oog met de broer van dit meisje.
"Wie ben jij?"
Bilal dacht na wat hij zou kunnen zeggen, ondertussen duwde Aziz hem bij zijn schouders naar achter.
"Wie ben jij!", zei hij nu heel wat luider
"Eh..Bilal"
"Wat doe je hier bij mijn zus? Hmm? Ik zweer het.."
"Aziz, laat dat..kom gewoon naar binnen", zei Oumaima zachtjes.
"Bemoei je met je eigen zaken!", snauwde Aziz haar toe, hij richtte zich weer tot Bilal.
"Ik zeg je 1 ding, ik maak je kapot! Ik zweer het, ik maak je kapot, als ik je nog in de buurt van mijn zus zie. Ja? Oke?"
En hij duwde Bilal weer dreigend hard naar achter.
"Ik wou gewoon-", probeerde Bilal nog.
Hij zag hoe Aziz zijn hand balde en hoe Aziz hem recht op het gezicht wou slaan. Oumaima legde Mansour ruw op de grond en ging tussen Bilal en Aziz staan.
"Ik heb geen behoefte aan nog meer geweld", zei ze kil. Mansour huilde hartverscheurend, met tranende ogen vervolgde ze:
"Mijn kind heeft al genoeg geweld gezien en moeten meemaken, hij heeft geen behoefte aan meer drama's. Ik ook niet, Aziz ga naar binnen"
Aziz keek zijn zusje dreigend aan en draaide zich toen om, pakte Mansour op en ging naar binnen.
"Sorry", mompelde Bilal, "Wilde je echt niet in moeilijkheden brengen ofzo"
Oumaima negeerde hem en liep als een ijskoningin naar binnen.

Aziz ging op een stoel zitten met Mansour op zijn schoot. Oumaima ging in de keuken staan, het was ijzig stil in het appartementje. Toen Oumaima haar slaapkamer in wilde gaan om zichzelf op te sluiten schoot Aziz recht.
"Hoe haal je het in je hoofd om voor vreemde mensen open te doen?"
"En hoe haal jij het in je hoofd om mij zo te commanderen en af te snauwen?"
"Ik ben je broer verdorie ik heb daar het recht toe!"
"Ben ik net af van een tiran, ben ik opgescheept met een nieuwe!"
"Verdorie! En dan praatte je nog met hem!"
"Niet waar!"
"Ik dacht dat je jezelf meer waarde gaf dan dat!"
Oumaima keek Aziz met vuurspuwende ogen aan.
"Rotzak"
En ze wilde zich omdraaien, maar Aziz was haar voor, hij greep haar bij haar arm
"Oumaima! Ik ben bezorgd!"
"Denk je dat ik dat ook niet ben! Ik heb gezien hoe hem doodschoot Aziz! Ik heb dat gezien samen met mijn zoontje, mijn zoontje heeft gezien hoe zijn vader iemand heeft doodgeschoten!"
"Oumaima-"
"Hoe haal je het in je hoofd om hem te willen slaan!"
"Oumaima! Ik kom naar boven en zie een wildvreemde man voor de deur staan! En die doodleuk met mijn zus staat te praten die nota bene haar kind in haar armen vasthoudt!"
"Ik heb geen behoefte aan iemand die zo snel geweld gebruikt Aziz. Ik heb al genoeg geweld gevoeld en gezien..Echt waar Aziz, echt waar"
Aziz keek met een bedroefd gezicht naar zijn gebroken zusje.
"Niet huilen Oumaima, niet huilen..Sorry, het was mijn bedoeling niet je zo te kwetsen.."
Hij omhelsde zijn zus en wreef over haar rug. Oumaima snikte het uit op zijn schouder.
"Het komt insh'Allah wel goed, aan alles komt een einde.."

Bilal ging slenterend richting het bakkertje waar hij met Hicham had afgesproken. Hij voelde zich echt rotslecht, het had echt niet erger kunnen gaan. Hij schopte tegen een blikje en vloekte binnensmonds:
"Haar broer", mompelde hij..Van alle personen die hij kon tegen komen op dat moment, werd het haar broer. Hij zuchtte diep, hij was echt diep teleurgesteld. De kille en koude woorden van Oumaima hadden hem doen schrikken. Waarom was ze toch zo verbitterd? En wie was in hemelsnaam die Nordin? Was hij dan wel een mens? Hij kon niet geloven dat dit het echte karakter van Oumaima was. Ze was net een ijskoningin, hij kreeg er echt rillingen van, toch was er een moment van warmte geweest: het moment dat ze tussen hem en haar broer ging staan. Een moment had Bilal echt gedacht dat hij haar zou slaan, hij was dan ook blij dat dit niet gebeurd was. Bilal dacht diep na, hij wilde echt, echt iets serieus met dit meisje beginnen, waarom? Geen idee, hij had dit gevoel nooit gehad. De kille en koude ogen, waren op het moment dat ze tussen hem en Aziz stonden verdwenen, hij had de ogen van een jonge moeder gezien. Ja ze was moeder..Toch was ze heel jong. Zou hij gewoon naar haar ouders gaan om haar hand te vragen? Neen, dat was toch te gek, nadat ze uitdrukkelijk had gezegd dat ze hem niet moest. Trouwens, waar waren haar ouders dan? het was net of ze gewoon met haar broer en zoon, daar op dat miserabele appartementje woonde. Jeetje, een jongedame met pit! Hij slenterde verder en zag dat Hicham niet bij het bakkertje stond, hij werd er enkel slechtgezinder door. Hij haatte het als mensen te laat kwamen, hij ging voor het bakkertje staan en leunde tegen de muur. De minuten tikten voorbij, hij werd er enkel chagerijniger van. Hij gluurde eens binnen in het bakkertje, en zag dat er niemand achter de toog stond. Het meisje dat ie van ergens kende, zou ze een zus van Oumaima zijn ofzo? Neen, kan niet, ze heeft andere ogen, even verdrietig, net of ze een verdriet gemeenschappelijk deelden. Uiteindelijk zag hij Hicham in de verte lopend komen.
"Sorry Sahbi, was inderdaad verloren gelopen"
"Sniks"
"Oef! Ben kapot! Moet echt iets aan mijn conditie doen"
"Uhu"
"Ah is dit het bakkertje waar je het over had?"
"Yeps", zei Bilal nog steeds kortaf.
"Gaan we dan brood kopen?"
"Neen"
"En dat meisje dan?"
"Ze is er toch niet, kom laten we gaan"
"Oké, dan..Zo hoe is het gegaan?"
"Slecht", zei Bilal knorrig
"Oh, hoezo dan?"
"Maakt niet uit"
"Woow, sorry hoor"
"Wil er niet over praten"
"Ik zal je dan, vrees ik, moeten dwingen", zei Hicham quasi-serieus
Bilal zuchtte diep, Hicham keek zijn vriend aan en zei toen:
"Is het zo erg gegaan?"
"Het kon niet erger!"
"Geef je het dan op?"
"Nope"
"Goed zo"
Hicham begreep dat Bilal het er nu eventjes niet over wou hebben, hij respecteerde het en samen liepen ze terug naar huis. Ze lieten het bakkertje achter, waarin het meisje werkte dat Hicham zocht..

Als het lot tegen je keert...Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu