Jippieeeeee weer een nieuwe update!!!!! Niet vergeten te voten ;)
'Goed...doe je ding Luna, je bent weer thuis dus zorg er voor dat je vriendjes terug komen en stoppen met het zoeken naar ons kamp.' Boos keek ik hem aan, zijn toon stond me totaal niet aan. Hij moest er snel mee ophouden.
'Ik laat me niet commanderen Daimhin, dus stop met zo tegen me te spreken.' Hij hield zijn handen verdedigend voor zich, 'rustig maar wolfje...je hoeft niet direct in de aanval te gaan. We zijn allemaal goede vrienden, toch?' Ik snoof en rolde met mijn ogen. Echt niet.
Als ik iemand al niet mocht dan was hij het wel.
Ik liep richting de voordeur, Daimhin volgde me op mijn hielen en bleef dicht bij me in de buurt.
Hij werkte me echt op mijn zenuwen!
'Kun je misschien wat afstand houden?' Snauwde ik naar hem, nu was het echt klaar.
Hij grinnikte en deed een stap bij me vandaan, ik haalde opgelucht adem en stapte naar binnen.
'Als het goed is zijn Brynne en Dax nu toch bijgekomen, of niet?' Hij keek me niet begrijpend aan, 'heb je het over die bewusteloze wolven?' Ik gaf geen antwoord en staarde hem gewoon aan.
Hij knikte ter bevestiging dat hij het begrepen had. 'Ja, die zijn nu welweer bijgekomen denk ik. Hoezo eigenlijk?' Hij trok vragend een wenkbrauw op. 'Omdat ze in de kerker zitten en niet zullen begrijpen waarom als ze bijkomen, daarom!' Ik had het niet zo boos bedoeld, maar ik had nogal een kort lontje als hij bij me in de buurt was. 'Er is hier iemand duidelijk op haar pootjes getrapt merk ik...' Mompelde Daimhin binnensmonds. Ik besteedde er maar geen aandacht aan en besloot zijn opmerking te negeren. 'Het probleem is', vervolgde ik heel wat rustiger, 'is dat ik niet weet hoe ik de kerkers in moet komen. De deur lijkt verborgen, ik heb hem niet kunnen vinden.' Daimhin begon plots als een gek te grijnzen, 'maar goed dat je dan deze druïde bij je hebt. Ik kan die magische deur wel voor je vinden, niet zo moeilijk.' Ik rolde met mijn ogen, wat een uitslover was het ook.
Fosmentos spectrus ilusium!
Hij liep voor me uit, blijkbaar wist hij precies wat hij aan het doen was. Snel liep ik achter hem aan.
'Deze gigantische oude deur, is niet alleen de deur naar de bibliotheek, het is ook de deur naar de kerker.' Hij draaide aan de knop en zwaaide hem open, een trap naar beneden werd zichtbaar.
'Ik ben zo vaak door die deur gegaan...' Zei ik vol ongeloof. Wie had dit verwacht?
En hoeveel van zulke verborgen plekken zouden er nog meer in dit huis verstopt zitten?
'Hoe komt de rest eigenlijk door deze deur, ze zijn geen druïden?' Vroeg ik hem.
'Blijkbaar hebben zij toestemming gekregen en jij niet, dat is de enige logische verklaring die ik heb. Anders had je deze kerker namelijk allang gevonden.' Legde hij me uit terwijl we via de trap afdaalden naar de kerkers.
Hier beneden was het een stuk kouder, en bovendien donkerder...het was dat er fakkels aan de stenen wanden hingen.
Man, deze plek leek wel uit de middeleeuwen te komen. Het huis was zo anders vergeleken met dit alles. Benauwd keek ik om me heen, ik vond het hier allesbehalve prettig. Het liefst ging ik direct weer naar boven, dit was een plek die rechtstreeks uit mijn nachtmerries leek te zijn gehaald. 'Je wolvenvriendjes houden zich blijkbaar vast aan de Oude tijd, dat is wel duidelijk.' Zei Daimhin zacht, aan de manier waarop hij liep en keek kon ik zien dat hij zich ook totaal niet op zijn gemak voelde hier.
'Wat bedoel je daarmee?' Vroeg ik, niet vergetend dat ik ook in zo'n zelfde soort kerker had gezeten in het kasteel waar Alec verbleef.
'Wel...de meeste Roedels die we zijn tegengekomen, waren wat, umh...moderner.' Wat bedoelde hij daar nou weer mee?
'Maar je vriendje is dan natuurlijk ook wel één van de meest gevaarlijke Alpha's van deze tijd...dit verbaasd me eerlijk te zijn helemaal niets.' We liepen steeds verder en verder, inmiddels kon ik al wat geluiden oppikken.
Waar zaten de cellen in godsnaam? En hoe groot was dit gangenstelsel eigenlijk?
'Hoe goed ken jij je vriendje eigenlijk?' Vroeg Daimhin vanuit het niets. Ik schrok van zijn vraag en was direct op mijn hoede, 'hoezo?'
'Omdat een normale gast van zijn leeftijd...vast niet zo'n schilderij van zichzelf laat maken.' Daimhin stond in de deuropening van een soort kantoor. Het stond vol antieke meubels, zo waren er gigantische boekenkasten die reikten tot het plafond, gevuld met in leer gebonden boeken. En was er een prachtig mahoniehouten bureau.
Inderdaad hing er aan de wand een gigantisch schilderij met daarop iemand die wel heel erg op Mason leek. Hij stond er koninklijk op...als iemand van adel. 'Misschien is hij een voorouder van hem...dat kan Mason toch niet zijn?' Maar mijn stem klonk onzeker, ik twijfelde zelf ook.
Ik liep het kantoor in en ontdekte nog meer schilderijen, 'wat is dit allemaal...' fluisterde ik.
Een lade van het bureau stond open, het eerste wat ik zag was een in zwart gebonden leren boek. Ik opende het en zag dat het een dagboek was, zou dit Masons dagboek zijn?
Ik besloot het mee te nemen en draaide me om naar Daimhin. 'Kom, laten we mijn vrienden zoeken. Er is hier niets meer te zien.' Ik hield het boek stevig tegen me aangedrukt, hij zag het maar zei er niets van. 'Je weet dat dit raar is toch?' We naderden ondertussen de cellen. 'Ik wil het er niet over hebben, dit gaat je niets aan.' Mompelde ik.
Hij knikte, 'wat jij wilt Luna.'
Ik keek de cellen in en schrok wat ik aantrof...
Wat was dit voor plek?
'Wat zijn dat...' Piepte ik angstig.
Ook Daimhin keek met grote ogen naar de wezens in de cellen, 'ik weet het niet...en wil het eerlijk gezegd ook niet weten.'
Snel liepen we door, weg van de cellen waar die griezelige wezens in zaten.
Helemaal aan het einde vonden we Dax en Brynne, ze spraken zachtjes met elkaar en sprongen op toen ze ons zagen. 'April!' Riep Brynne met tranen in haar ogen toen ze me zag.
Ook Dax was overeind gekomen, iets moeizamer, dat wel...waarschijnlijk door de verwondingen die nog altijd niet helemaal geheeld waren.
'Luna!' Zijn ogen vernauwden toen hij Daimhin aan mijn zijde zag, 'wie is hij?' Siste hij.
'Dax, dit is Daimhin...' Verbaasd wierp ik een blik naar Daimhin, hoe kon Dax hem zien?
'Oeps...ik denk dat er iets verkeerd is gegaan met mijn spreuk, of het komt door deze plek...' Opperde hij hardop. 'Spreuk?' Zei Dax vragend.
Ik knikte, 'Dax, Daimhin is een druïde...hij is hier om me te helpen.' Dax wierp zichzelf tegen de tralies van de cel. 'Ben je gek geworden Luna, wat doe je met hem? De druïden zijn onze vijanden!' Ik zuchtte, ik was al bang dat hij zo zou reageren. 'Dat slaat nergens op Dax, deze hele oorlog slaat nergens op. Het moet afgelopen zijn, ik doe niet mee aan jullie stomme gedrag. Alles is gebaseerd op leugens en vooroordelen, kijk daar alsjeblieft doorheen.' Brynne leek veel rustiger en bestudeerde Daimhin aandachtig.
'Je komt me erg bekend voor...' zei ze.
Hij keek naar haar en knikte, 'dat zou best kunnen. We werken al jaren samen met je broer Alec, ik ben een keer naar Parijs geweest voor onderhandelingen.' Dus zelfs hij wist dat Brynne familie was met Alec...hoewel ze helemaal niet op hem leek. Hoe waren ze eigenlijk verwant aan elkaar? Ik begreep echt niets van die hele familie en al hun drama's en woede naar elkaar.
'Mijn broer...' Bracht ze sissend uit, 'hij is nooit een broer voor me geweest!' Haar ogen stonden vol vuur. Waar kwam die haat vandaan?
Wat had hij haar aangedaan? En had Cars het daar niet eens over gehad, dat hij haar had gered van haar familie? In mijn ogen was Alec helemaal niet zo verschrikkelijk, maar misschien kende ik hem ook wel helemaal niet...
Wie kende ik eigenlijk wel echt?
'Kun je hun cellen openen?' Vroeg ik Daimhin om maar op een ander onderwerp over te gaan.
Hij mompelde direct een openingsspreuk.
De celdeuren vlogen open, Dax wierp zich direct bovenop Daimhin. 'Dax!' Schreeuwde ik.
Hij verstijfde maar bleef Daimhin vasthouden.
'Laat hem nu onmiddellijk los!' Beval ik.
Hij deinsde direct achteruit, bij Daimhin vandaan. Hij boog zijn hoofd op een eerbiedige manier, 'ja Luna, ik zal het niet weer doen.' Waarom deed hij zo? Wanneer was ik van April veranderd in hun Luna...
Plots begreep ik het, vielen alle stukjes op zijn plaats. Ik was natuurlijk veranderd, ik was nu ook een wolf. Ik was nu echt hun Luna, voor de volle honderd procent. Bovendien had ik me laten claimen door Mason...
Wow.
Ik was de Luna van de Roedel.
Ik had het eerder ook wel door, maar nu ik er zo over nadacht drong het pas echt tot me door.
'Goed, laten we ervoor zorgen dat iedereen hierheen komt. En dan bedoel ik niet naar deze kerkers...ik wil hier nu onmiddellijk weg. Kom, we gaan!' Ik gebaarde dat iedereen me moest volgen. Nu ik de Luna was, zou ik me ook eens gaan gedragen als de Luna. Ik zou iedereen laten zien dat ik zeker wel in staat was om leiding te geven. Ik zou Andarta niet teleurstellen!
Ik zou bewijzen dat ik haar vertrouwen waard was. Ik zou er voor zorgen dat deze ellendige oorlog voor eens en altijd op zou houden.
Het was tijd voor verandering en dit was de eerste stap!
Follow me on twitter: @_AnnaKristina_
Heee iedereen!!!! Beetje een leuke dag gehad? Was het saai op school? Hahaha, vast wel...wanneer is school niet saai? Vanmiddag vielen mijn debatlessen uit dus nu ben ik lekker de hele tijd bij mijn lieve opi en omi!
Vonden jullie het hoofdstuk een beetje leuk?? En wat vinden jullie van de schokkende ontdekking... Dat schilderij, het kantoor... best wel een beetje griezelig allemaal toch? Wie is Mason eigenlijk, oehhhhh spannend!!!! hahaha
Zal het April lukken om de oorlog te voorkomen? Wat denken jullie?
Ik ben echt super benieuwd, dus vergeet niet te voten, commenten en te followen!!!!! Xxxxxx
