'I feel safe when you're holding me near'
Harry Point Of View ✩
"Hoe laat is het?" vraag ik zachtjes aan Louis. Ik hou zijn hand vast en kijk om me heen. De zon is al aan het zakken, maar nog steeds is het zo verschrikkelijk warm.
"Half 8," zegt Louis. Ik knik en rol mijn koffer achter me aan het vliegveld in. We hadden niks anders als handbagage, want meer hadden we niet nodig.
Louis pakt mijn hand steviger vast wanneer we de drukke hal binnen lopen. Het krioelt er van de mensen, dus houdt Louis me dicht bij hem.
We halen onze huurauto op en rijden ermee naar het hotel. Door de drukte voel ik me verdoofd. Veel mensen bij elkaar, die allemaal een andere kant op lopen, waarvan er sommige lachen en andere huilen. Er komen te veel prikkels op me af en daarna heb ik moeite met nieuwe opnieuw verwerken.
Louis legt zijn hand op mijn bovenbeen en ik blijf doorgaan met naar mijn vingers kijken. Daar kan ik me nu alleen op concentreren.
"Sorry," zeg ik en ik kijk naar hem.
"Waarom?" vraagt hij en meteen kijk ik weer weg.
"Ik zeg niks. Ik weet niks om te zeggen." Ik sluit mijn ogen en klem mijn kaken op elkaar. Het is allemaal zo moeilijk. De beslissingen die ik vroeger binnen 1 seconden zou maken, duren nu uren.
"Dat geeft niks. We zijn hier gekomen voor rust, pak die." Hij kust mijn voorhoofd en wrijft over mijn bovenbeen. Ik kan er niet op reageren of mijn ogen openen. Het kost veel te veel moeite en tijd.
"We zijn er," zegt Louis als hij de auto stopt en dan uitstapt. Ik stap ook uit en pak mijn koffer van Louis aan. We lopen samen naar binnen en ik hoor mijn maag rammelen. Hopen dat we ergens wat kunnen eten, want het is al laat. In Spanje eten ze dan ook wel laat.
"Louis," zeg ik zachtjes. Eigenlijk hoefde hij me niet te horen, maar hij deed het toch.
"Hm?" vraagt hij aan me als we de trap op lopen, het hotel in.
"Zijn we niet te laat met eten?" Hij schudt zijn hoofd.
"Ze eten hier altijd laat. Maak je geen zorgen. Heb je honger?" Ik knik en hij kijkt naar me. "Dan gaan we zo meteen eten. Eerst de koffers in onze kamer zetten."
We lopen naar de balie, waar we de sleutel krijgen en dan lopen we de trappen op. Het is zo moeilijk met onze koffers, maar in mijn gedachten werkt nooit iets zoals het zou moeten.
Louis opent de deur van de hotelkamer en zet zijn koffer weg. "Mooi," glimlacht hij blij. Ik knik en hij pakt mijn koffer aan, die hij ook weg zet. Ik kijk om me heen en ga dan op het bed zitten.
"Zullen we meteen gaan?" vraagt Louis en ik knik.
"Misschien even wat anders aan trekken, het is zo warm," zeg ik en hij knikt. Ik open mijn koffer en ga ervoor zitten. Louis doet hetzelfde bij die van hem.
"Het wordt steeds frisser nu," mompelt Louis. "Ik denk dat ik alleen een shirt met korte mouwen aantrek en deze broek aanhou. Er zitten sowieso scheuren in."
Hij haalt zijn schouders op en ik knik. Ik kan mijn verkoeling niet zoeken in een shirtje met korte mouwen, want dan zal iedereen mijn littekens zien. Ik pak een shirt met lange mouwen en een korte broek. Dat zal goed zijn.
Louis trekt zijn shirt uit en ik doe hetzelfde, daarna trek ik mijn broek uit en mijn kleren aan.
Wanneer we allebei aangekleed zijn, kijken we naar elkaar. Een glimlach ontstaat op zijn lippen en hij loopt naar me toe.
"Mag ik je haren in een knotje doen?" vraagt hij en ik knik eventjes.
"Jij altijd." Ik pak een stiekje en geef het aan hem, waarna ik voor het bed ga zitten en hij achter me op het bed. Hij pakt al mijn haren bij elkaar, propt het in zijn vuist en bindt dan het stiekje er omheen.
"Oh, dit was niet de bedoeling," grinnikt hij ongemakkelijk. Ik kijk om naar hem en hij haalt een hand door zijn haar. "Hoe doe je dat?"
"Draaien," zeg ik en ik doe de beweging voor. "Eerst bij elkaar pakken en dan draaien."
Hij knikt eventjes en probeert het nog een keertje. "Weer niet zoals het hoort," zucht hij. Ik kijk naar mezelf in de spiegel en knik.
"Het zit prima." Ik sta op, pak zijn hand en trek hem van het bed af. Hij grinnikt en leunt tegen me aan, zijn kin op mijn borst.
"Mag ik een kusje?" vraagt hij zachtjes en lief. Ik kijk in zijn ogen en besef me dan weer dat ik geen idee heb waarom ik hem niet vaker verwen.
Voorzichtig pak ik zijn heupen vast en legt hij zijn handen om mijn nek. Ik kijk hem nog even in zijn ogen en dan naar zijn lippen. Ze zijn zo perfect gevormd en zien er zo zacht uit.
Ik laat mijn lippen die van hem raken en voel dan dat ze net zo zacht zijn als dat ze eruit zien. Mijn honger is even weg en ik concentreer me alleen op Louis. Hij streelt mijn nek en wang, waardoor ik dichter tegen hem aan kruip.
Een lange tongzoen volgde, waarin gevoel zich in me op hoopte en emoties vrij kwamen. Liefde en verdriet, de twee emoties die het meeste worden gebruikt wanneer ik met Louis ben, de laatste dagen. Liefde was er altijd al, maar verdriet nooit.
Ik trek terug en voel hem meteen een traan wegvegen. Mijn ogen sluiten zich en ik leg mijn voorhoofd tegen dat van hem.
"Sh.." fluistert hij zachtjes. Opnieuw krijg ik het gevoel alsof ik niet mag huilen. Ik slik al mijn tranen in en ga rechtop staan.
"Laten we gaan," mompel ik dan. Ik pak zijn hand en samen lopen we het hotel uit. Mijn tranen zijn opgedroogd en ik kijk om me heen, naar het mooie landschap. Prachtig is het niet, want ik kan me mooiere landschappen voorstellen.
Ik kijk naar Louis, die voorzichtig naar me glimlacht. Kijk dit, dit is prachtig. Steviger pak ik zijn hand vast, terwijl we door het stadje lopen. Het is klein, maar toch wel gezellig.
"Tapas restaurant," mompelt Louis zachtjes en ik knik. We stappen naar binnen en meteen zien we dat het er druk is.
Uiteindelijk krijgen we een tafeltje buiten, op de rots van de berg. Het uitzicht is verschrikkelijk mooi en wanneer ik naar Louis kijk is het verschrikkelijk prachtig.
Ik bestel een wijntje en voel Louis mijn hand pakken. "Het is echt mooi, toch?" vraagt hij zachtjes en ik knik.
"Het is echt mooi," mompel ik en ik kijk naar hem. Hij glimlacht en wrijft met zijn duim over mijn hand.
"Had je dit willen missen? Had je het leven willen missen?" vraagt hij en hij kijkt terug naar me.
"Ik wil het er niet over hebben," zeg ik fel. Ik kan er niet tegen dat hij erover begint terwijl we in een restaurant zitten. Daarbij is het een stad die ik niet ken, in een land waar ik nog nooit ben geweest, de taal niet spreek en niks begrijp. Hij wil in deze toestand hierover praten.
De moed zakt me in mijn schoenen. Ik wil hier weg, en snel.
"Ik heb nog steeds honger," brom ik ontevreden. We hebben nog niks gekregen.
"Het komt goed," probeert Louis. Het komt niet goed. Ik voel me kut en zo ik het nu voel, blijf ik me de rest van mijn leven zo voelen.
Ik kijk naar mijn lege bord en hou mijn tranen binnen. Ik mag niet huilen.
"Harry," mompelt Louis.
"Ik wil niks over die situatie horen," bijt ik hem meteen fel toe, maar ik kijk hem niet aan.
"Ik wilde alleen vragen ofdat je het hier leuk vindt." Ik haal mijn schouders op, ook al vind ik het verschrikkelijk.
"Jij?"
"Ik vind het super." Ik trek de mouw van mijn trui een beetje omhoog en zie korstjes. Hiermee kan ik niet zwemmen, hebben ze daar niet over na gedacht?
"Het hotel is erg mooi." Ik knik voorzichtig en trek met een brok ik mijn keel weer mijn mouw naar beneden. Ik moet er niet aan zitten, maar ik weet dat ik het niet kan laten om er binnenkort aan te pulken. Op dit moment voel ik me zwaar kut en moet mijn lichaam er ook zo uit zien. Ze moeten zien dat ik ziek ben in mijn hoofd, omdat ik het niet kan uitspreken.
JE LEEST
Bad Luck ✩ L.S.
FanfictionVanaf dag 1 konden Louis en Harry al weten dat hun vriendschap niet normaal zou zijn. Je leven is niet te voorspellen. Geen enkele minuut is te voorspellen. Soms zou je willen dat het vanaf het begin allemaal anders was gegaan, maar dat kan niet. Zo...