Seven

131 7 0
                                    

 Toen ik de eerste stap in Hogwarts zette, dacht ik dat alles rozengeur en maneschijn was. Niets bleek minder waar. Leerlingen begonnen me steeds meer te haten omdat ik alle toverspreuken al beheerste, leraren waren argwanend omdat ze niet begrepen dat ik vrijwel alles snapte, Snape was net zo gemeen als Lucius tegen mij was en ik voelde me erg rot. Ik kon niet honderd procent mezelf zijn op Hogwarts en dat voelde totaal niet fijn. Ik had me er juist op verheugd om mezelf te kunnen zijn, maar ik wist echt niet dat mensen het zo erg zouden vinden als ik dingen goed deed.
Ik lag nog in bed terwijl over een kwartier de lessen begonnen. Ik had echt geen zin om ook maar enige actie te ondernemen, en zelfs na constant protest van Hermione, bleef ik liggen. Ik had de lessen toch niet nodig. Hermione was met tegenzin vertrokken. Zij was de enige die me steunde en eigenlijk ook de enige die van alles afwist. Ik durfde Harry en Ron niets te vertellen. Harry zou me haten en dat wilde ik echt niet. Niet nu ik al zo weinig mensen had.
Ik viel weer in slaap en ik werd pas laat in de middag wakker. Ik hoopte niet dat ze op Hogwarts de absentie zo streng checkten, anders kon ik de rest van het semester nablijven. Na die dramatische ervaring met Snape had ik dat gewoon liever niet.
Na de lessen kwam Hermione langs.
'Ze vroegen waar je was,' zei ze ernstig toen ze naast me op bed kwam zitten. 'Ik heb maar gezegd dat je ziek was.'
'Bedankt,' glimlachte ik. 'Ik moet vanavond naar Dumbledore toe en dan zal ik echt zeggen wat er was, als hij dat belangrijk vindt.'
'Ga je het Harry en Ron nog vertellen? Ze vragen constant of er iets is met jou. Ze horen het toch gewoon te weten?'
'Ja,' zei ik. 'Ik durf niet, Hermione. Ik ben de dochter van de man die Harry's hele leven heeft geruïneerd.'
'Harry ziet echt wel dat jij anders bent. Wees niet bang. En als je ze vertelt van jouw plan dan weet ik zeker dat ze je steunen.'
Ik leek overtuigd en stapte mijn bed uit. Ik kleedde me om en fatsoeneerde mijn haar. Samen met Hermione liep ik naar de common room, waar Harry en Ron zaten.
'Hebben jullie even?' vroeg ik zacht. 'Ik moet wat belangrijks vertellen.'
Ron en Harry knikten. Het was niet zo druk in de common room, maar ik wilde graag zeker zijn dat niemand het hoorde. Ik nam ze mee naar de uitgestorven gang op de zevende verdieping.
'Je houdt ons wel lang in spanning,' zei Ron.
'Het liefst zo lang mogelijk,' zei ik grinnikend, maar daarna werd mijn blik ernstiger. 'Word alsjeblieft niet boos, ik ga het nader toelichten. Ik ben de dochter van Voldemort.'
'Wat?!' schreeuwde Harry en hij pakte zijn toverstok en wees die op mij. Ron keek mij vol afschuw aan.
'Harry, alsjeblieft. Ik begrijp dat je boos bent, echt, maar laat het me nader toelichten. Geef me die kans!'
Harry liet langzaam zijn stok zakken, maar stopte hem niet weg.
'Ik haat mijn vader, maar hij denkt van niet. Natuurlijk heeft hij een vermoeden dat ik niet hetzelfde ben, maar ik durf dat niet te zeggen.'
'Dan ben je een lafaard!' riep Harry. 'Een vieze lafaard die niet eens aan haar eigen vader durft te vertellen wie ze echt is. Nou Elena, dan ben je het ook niet waard om anders te zijn. Stap over naar Slytherin of ga van school. Ik hoef je nooit meer te zien.'
'Harry, laat haar even uitpraten,' zei Hermione.
'Jij wist dit al hè?!' zei Harry dreigend. 'Waarom heb jij niets verteld aan ons?'
'Omdat Elena het zelf wilde doen. Ze wist dat jij zo zou reageren.'
'Luister alsjeblieft nog even,' zei ik zacht. 'Ik heb een vreselijke tijd gehad daar. Ik moest mensen vermoorden en martelen en mee met vader als hij zelf mensen ging vermoorden. Dat was vreselijk, maar ik heb nooit iemand vermoord. Natuurlijk werd dit niet goedgekeurd en ik werd opgesloten en gemarteld. Ik stelde mijn vader voor om naar Hogwarts te gaan om Dumbledore in de gaten te houden, maar-'
'VIEZE VERRADER!' schreeuwde Harry woedend. 'Jij zit in Gryffindor, maar je gaat Dumbledore in de gaten houden? Hoe durf je in godsnaam!'
Harry trok weer zijn toverstok. 'Expelliarmus!'
'Ik ga niet met je vechten,' zei ik toen ik de spreuk afwees. 'Laat me uitpraten, alsjeblieft.'
Harry werd gekalmeerd door Hermione en wilde weer luisteren.
'Ik ga Dumbledore natuurlijk niet echt verraden. Ik ga doen alsof. Ik stuur Voldemort elke week een uil met een nepverhaal. Dumbledore gaat me hiermee helpen. Ik doe echt niets verkeerd, enkel dat mijn familie en Snape denken dat ik echt spioneer en dat ik expres in Gryffindor zit en vrienden maak met jullie.'
'Dit had je veel eerder moeten vertellen,' zei Harry. 'Vertrouwde je ons niet?'
'Ik wist dat jij zo zou reageren... ik was bang je kwijt te raken.'
'Dat heb je dan goed gedacht,' zei Harry fel. 'Ik kan je helpen. Je had me dit veel eerder moeten vertellen.'
'Ik zit nog geen week op school. Hoeveel eerder had ik het moeten vertellen?'
'Gelijk met Hermione,' zei Harry bot.
'Ik zuchtte.
'Je hebt gelijk. Ron, wat vind jij? Je bent zo stil.'
'Ik weet het niet. Ik begrijp dat je het niet wilde vertellen. Als ik de dochter van Voldemort was, had ik het ook niet zomaar vertelt. Ik vind het moedig dat je het toch gedaan hebt.'
Ik glimlachte opgelucht. Die opluchting had ik niet bij Harry. Na een laatste hatelijke blik, liep hij weg.
'Hij trekt wel bij,' zei Hermione.
'Ik hoop het,' zei ik. 'Hij heeft namelijk gelijk. Hij kan me helpen.'
Hermione en Ron knikten.
'Hoe laat is het?' vroeg ik.
'Half zeven,' zei Hermione. 'Hoe laat moet je naar Dumbledore?'
'Geen idee. In de avond.'
'Dan zou ik maar gaan eten. Ik ga wel mee.'
Ik knikte en liep met Hermione naar beneden.  

We found love right where we are ~ Voldermort's daughterWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu