Deel 75

288 18 0
                                    

- Thomas - 

We zeggen niks meer tegen elkaar. Ze kijkt zelfs amper naar me. Ik weet nu honderd procent zeker dat ik het verpest heb. Zelfs als ze de deur uitloopt zeggen we niks meer. Ze zegt mij geen gedag, ik wens haar geen succes. Ik voel me verdoofd. Het gaat een beetje als een waas voorbij.

De rest van de dag doe ik niks meer. Ik ga nergens heen. Ik ga gewoon op de bank zitten, zet de tv aan op een zender waar ik normaal gezien nooit naar zou kijken en laat de dag aan me voorbij gaan. Pas als ik merk dat er koplampen door het raam van de woonkamer heen schijnen besef ik me dat het ondertussen donker is geworden. Mijn ouders zijn weer terug van hun weekendje weg. Ik heb er nog helemaal niet over nagedacht hoe ik dit aan hun ga vertellen. Ik heb helemaal geen zin om erover te praten, laat staan alle vragen van mijn moeder beantwoorden.

'Lieverd waarom zit je hier zo in het donker?' vraagt mijn moeder als ze het licht aan doet.

Ik haal mijn schouders op.

'Wat is er gebeurd?' vraagt ze direct.

'Het is fout gelopen oké, ik wil er verder niet over praten' zeg ik tegen haar.

Mijn vader kijkt me erg verbaasd aan.

'Met Blair?' vraagt mijn moeder zachtjes.

'Ja met Blair' zeg ik als ik mijn mobiel van de tafel pak en richting mijn slaapkamer loopt.

'Heb je al iets gegeten?' roept mijn moeder me na.

'Geen honger' is het enige wat ik reageer.

Daarna ben ik snel genoeg in mijn kamer zodat ze er niet nog een vraag tussen krijg.

De rest van de dag laten ze me met rust. Ze snappen de hint gelukkig. Van slapen komt niks deze nacht. Ik lig gewoon in bed. Na te denken over hoe alles zo fout heeft kunnen lopen en over hoeveel zorgen ik me nu maak om Blair. Wat zou ze nu aan het doen zijn? Hoe zou haar kamergenoot zijn? Zou ze al gelijk mee gaan naar een feest?

Morgen kan ik alles vergeten. Dat is ook precies wat ik van plan ben.

Als ik in de spiegel kijk is het ontzettend duidelijk dat ik de afgelopen twee dagen niet heb kunnen slapen. De wallen onder mijn ogen zijn overduidelijk. Jammer dan. Ik heb ook geen zin om te doen alsof er niks aan de hand is. Er is wel iets mis, en dat is mijn eigen schuld. Ik heb het echt aan mezelf te danken. Het enige waar ik nu aan kan denken is dat ik hier zo snel mogelijk weg moet. Zonder echt na te denken begin ik mijn spullen in te pakken. Ik zou eigenlijk overmorgen pas vertrekken maar de kamer staat leeg en ik wil hier gewoon weg. Anders ga ik me de komende dagen alleen maar zorgen maken om haar. Dan kan ik beter alvast bij Reede zijn. Die stelt tenminste niet zoveel vragen.

Met drie koffers loop ik naar beneden. Als ik ze alle drie in de gang verzameld heb kom ik mijn vader tegen.

'Ga je vandaag al?' vraagt hij aan me.

'Ja. Ik eh...heb niet zoveel zin meer om te wachten' zeg ik tegen hem.

Hij kijkt even naar me en zegt dan: 'Ik snap het jongen. De eerste keer is nooit makkelijk. Geef het wat tijd'

Dat is precies het ding. Ik wil niet dat het weggaat. Ik wil voor altijd gewoon onthouden dat ik mijn kan op geluk zelf heb weggegooid. Natuurlijk wil ik afleiding, maar vergeten...dat wil ik niet. Ik knik naar mijn vader die het hier bij laat.

'Wat gebeurt er?' vraagt mijn moeder terwijl ze een beetje in paniek klinkt.

'Thomas vertrekt straks. Dus we gaan nog even met z'n alle koffie drinken voordat hij weg gaat' zegt mijn vader.

Mijn moeder snapt gelijk wat hij probeert te zeggen en knikt vervolgens. Ik zie tranen in haar ogen, maar die probeert ze wel te verbergen.

Mijn ouders zijn allebei vrij ongemakkelijk op het moment. Ze weten niet goed wat ze wel en niet kunnen zeggen.

'Jullie hoeven echt niet te doen alsof ik nooit meer terug kom hoor. Waarschijnlijk kom ik over twee weken alweer een weekendje naar huis' zeg ik.

'Weet je dat zeker? Je hoeft je niet verplicht te voelen lieverd' zegt mijn moeder.

'Dat weet ik mam, maar ergens denk ik dat je het wel fijn vind' zeg ik tegen haar.

'Dat is waar' geeft ze toe. 'Het zal wel leeg voelen hier zonder jou'

'Nu kunnen we eindelijk gaan besparen op de boodschappen' lacht mijn vader. Ik lach met hem mee. Dit is even wat we allemaal nodig hebben nu.

Mijn vader geef ik al een knuffel in de keuken voordat ik naar buiten loop. Normaal knuffel ik bijna nooit met mijn vader maar het voelt fijn om toch op deze manier gedag te zeggen. Mijn moeder loopt nog met me mee naar de auto, waardoor ik weet dat ze nog iets tegen me wilt gaan zeggen.

'Rij voorzichtig hè lieverd' zegt ze als ze me knuffelt.

Als ik knik kijkt ze me even aan.

'Mam, wat is er? Ik weet dat je iets wilt zeggen dus zeg het maar gewoon' zeg ik tegen haar. Anders sta ik hier over een half uur waarschijnlijk nog.

'Jullie vinden echt wel je weg naar elkaar terug. Dit was niet jullie afscheid, dat weet ik zeker' zegt ze daarna.

Het overvalt me een beetje. Allebei mijn ouders hebben er de afgelopen dag niks over gezegd, en nu ineens dit.

'Ik hoop het mam' zeg ik tegen haar.

'Ik weet het zeker' zegt ze als ze zachtjes op mijn rug klopt. 'Doe je best op school en laat het ons even weten als je daar aangekomen bent' zegt ze.

'Dat zal ik doen mam. Tot snel'

'Tot snel lieverd'

Zodra ik mijn motor start voelt het als een nieuw begin. Alles wat hier is gebeurt laat ik achter me. Ik ga naar een plek waar niemand me kent, waar niemand weet dat ik met Blair was, waar niemand weet dat ik besta. De anonimiteit die je krijgt in een grote stad is precies wat ik nodig heb. 

Weerzien - Passie op het HBO serieWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu