White, Maanprinses & de zoon van Akycha

Stropers gegrepen!

Terwijl we wachten, probeer ik een link te leggen met James. Ik bespeur hem wel, en voel dat hij dichterbij komt, maar het lukt me niet om een link met hem te leggen. Dan bespeur ik ook, dat Sayen erbij is. Ik probeer een link met haar te leggen, en dat lukt wel. Schijnbaar zijn haar krachten sterker, maar ik ben al lang blij, dat ik ze kan bereiken.

Ik vertel Sayen, dat ze op moeten passen voor klemmen, die liggen her en der verspreid. Ik vraag ze ook, of ze even aan James wil vragen, of hij een Nick kent. Even later zegt ze me, dat niemand een Nick kent, ze heeft het even rondgevraagd. Ik vraag haar, met hoeveel personen ze komen. Als ze me vertelt, dat de hele roedel onderweg is, ben ik wel even trots op mijn roedel.

Ik vertel het aan Lucas en Isabella. Dan pas valt het me op, dat Isabella het teken draagt. Ik feliciteer de beiden, ik ben blij voor hun. En ik hoop voor Lucas, dat zijn wolf ongeschonden uit de strijd zal komen. Tegen de avond aan, komt de roedel, onder leiding van James aan op de plek waar we Lucas en Isabella gevonden hebben. We laten ze daar wachten en vragen aan James of hij zich wil transformeren tot wolf en wijzen hem de weg naar de heuvel. Eerst wil hij het pad omhoog lopen, maar ik stuur hem snel naar het goede pad.

Al snel komt hij naar boven en net als hij daar aan komt, zien we 2 mannen er aan komen lopen. Ze schijnen goed de weg te weten, en ze zijn goed bewapend. Ik leg James het plan van aanpak uit en hij begrijpt het. Hij snelt weg en verdeelt de taken in de roedel. Iederen is gespannen. Even later komt hij terug en heeft mijn geweer bij. Daar ben ik blij om. Ik laad het geweer met patronen en laad het dan door. Ik stuur Lucas en Isabella weg, zij moeten iedereen de weg wijzen. Ik probeer intussen met iedereen een link te leggen. Dat is nogal lastig, maar het lukt me. James gebruikt zijn krachten om iedereen te kalmeren, terwijl ik hun moed in praat. Ik vertel iedereen wat ze moeten doen.

Even later zie ik de mannen weer buiten komen. Ik stuur James richting de mannen. Hij loopt met een geladen geweer op ze af en spreekt ze aan. De mannen schrikken zich rot, maar zijn geenszins van plan zich over te geven. Dan gaat het opeens snel. Ze stuiven alle richtingen uit, maar dat wordt al snel geblokkeerd door de andere leden van de roedel. Ik kan net niet alles overzien, maar ik zie hoe een van de stroper zijn geweer wil pakken om te schieten. Dan grijp ik in en schiet hem in de arm. Hij schreeuwt het uit van de pijn. Ik heb goed gemikt, ik heb zijn bot van zijn arm verbrijzeld, met een schot. Dan zie ik twee mannen zich overgeven, maar ik mis er nog een.

Opeens hoor ik wat gekraak achter me, gevolgd door een vreselijk gegil. De vierde stroper is in de klem gestapt. Het is voorbij. Ik ontwapen de man en transformeer dan naar wolf. De man schrikt behoorlijk, want hij is geen weerwolf. Ik roep James en Lucas om de man op te halen, en intussen grom ik nijdig naar de man. Die durft zich echt niet meer te bewegen. James en Lucas komen al snel en maken de klem los. De man heeft zijn been gebroken en mag blij zijn dat zijn been er nog aan hangt.

We verzamelen de mannen vlak bij de grot en binden ze stevig vast. Dan loop ik de grotten in. Het zijn meerdere kleine grotten, met een grote grot, waar de wolven gevangen zitten. Als ik binnen loop, walgt het me. Overal zie ik dierenhuiden en daaronder zijn een hoop wolvenhuiden. Ik loop maar snel door naar de wolven. Daar vind ik al snel het alfamannetje.

Die gromt wel naar me, maar kan niets zeggen omdat zijn kaken vastgebonden zijn. Ik verander naar mens en zoek naar een mes. In een hoek vind ik een jachtmes, en daarmee snijdt ik zijn kaken vrij. Het alfamannetje wil me al bijna bijten, maar ik gebruik mijn Alphatoon en hij krimpt van de pijn. Hij snapt het niet, waarom ik de baas over hem ben, maar hij onderwerpt zich.