White, Maanprinses & de zoon van Akycha

Weer terug aan het werk

De volgende morgen, net tegen de middag beginnen de eerste mensen terug te komen van de oefening. Het dorp vult zich weer met mensen en iedereen praat ontspannen tegen elkaar over hun ervaringen tijdens de oefening. Ik loop rustig tussen de mensen door en luister de gesprekken mee. Dat geeft me een zeer goede indruk over hoe de oefening verlopen is. Hier en daar maak ik ook een praatje met de mensen, die meestal altijd gretig zijn om hun ervaringen en hun mening tegen me te uiten.

Het is al bijna halverwege de middag, als ik dan weer thuis kom. Sayen kijkt me boos aan en zegt: 'Ik dacht dat je je eerst door Leo zou laten onderzoeken en dan pas weer je taken zou oppakken?'

'Dat ga ik zo ook doen, ik heb alleen maar door het dorp gelopen en met de mensen gepraat. Dat noem ik nu niet echt mijn taken oppakken. Al moet ik toegeven, dat ik er wel nuttige informatie heb opgedaan. Maar dat was niet de reden, waarom ik rond liep. Ik was eigenlijk gewoon weer blij, dat het dorp weer vol mensen was. Ik vond het de afgelopen dagen zo stil.'

Sayen glimlacht en zegt: 'Je bent ook onverbeterlijk, Mark. Maar ik zal je maar geloven. Maar je gaat nu eerst naar Leo. Hier zitten een hoop Alpha's die erop gebrand zijn om je te spreken. Dus schiet nu maar op!'

Ik geef haar eerst een zoen en zeg: 'Weet je, dat je erg mooi kan zijn, als je boos bent?'

Sayen giechelt lichtjes en zegt: 'En nou weg, charmeur!'

Ze geeft me een tikje op mijn billen en loopt dan weer de keuken in. Ik zie Jeremy lachen en hij roept: 'Je moet wel luisteren naar je vrouw. Dat moeten wij ook!'

Lachend loop ik de deur uit. Ik loop direct naar de dokter en klop op zijn deur. Hij opent meteen zijn deur en zegt: 'Kom maar binnen, Mark. Sayen had al gezegd, dat je zou komen.'

'Ik had het kunnen weten, Leo. Maar goed. Ik wil dat je me helemaal onderzoekt of ik nog last zou kunnen hebben van dat stomme spul.'

Leo zegt: 'Na gisteren kan ik je zeggen, dat ik me daar geen zorgen over maak. Maar om zeker te zijn, zal ik je wel even snel onderzoeken.'

Hij zet me op een stoel neer en test mijn reflexen. Die blijken ruimschoots in orde te zijn. Ook de wond is helemaal schoon en hij verbindt de wond opnieuw. Leo zegt dan: 'Is dat normaal, dat de wonden van weerwolven zo snel genezen? Bij die andere patiënten waren de wonden ook al bijna allemaal genezen.'

'Ja, dat is heel normaal. En we kunnen ook veel meer hebben als mensen. En als we echt willen, zouden we zelfs een verwonding acuut genezen. Maar dat kost erg veel kracht.'

'Is dat, wat Sayen heeft gedaan?'

'Wat Sayen heeft gedaan, is weer iets anders. Ik denk dat je het beste kunt vergelijken met een complete zuivering van het lichaam. Bij die man waren alle littekens weg en hij had ook geen last meer van andere kwalen. Dat kunnen normale weerwolven niet. Wel kunnen we een gebroken been of arm heel snel genezen. Maar daar zit ook weer een risico aan. Ook wonden kunnen we snel laten genezen. Maar het kost zoveel kracht, dat het niet snel gedaan wordt.'

'Maar als je sneller helemaal genezen bent, dan ben je toch ook weer sneller fit?'

'Dat klopt, maar als weerwolf offer je een deel van je ziel op. Daar zitten de krachten van een weerwolf in, dus daar moet je erg zuinig op zijn.'

'Interessant, dat kan me helpen om een betere diagnose en behandeling voor weerwolven te krijgen. Maar als jij je krachten gebruikt, is dat dan ook geen belasting op je ziel en dus ook je kracht?'

'In zekere zin wel, Leo. Hoe meer kracht ik gebruik, hoe groter de belasting op mijn ziel zal zijn. Maar hoe sterker iemands ziel is, hoe minder invloed dat heeft. Daarnaast kan iemands ziel ook versterkt worden door allerlei andere krachten. Liefde is daar een voorbeeld van. Liefde kan een ziel voeden. Dus hoe meer liefde je voor iemand voelt, hoe sterker je ziel wordt. Dat is ook een van de redenen waarom een Alpha meestal altijd zo sterk is. Hij is zo betrokken met zijn roedel, dat hij echt van ieder individu houdt. Maar het is ook tevens de reden, waarom een Alpha relatief zwakker wordt, als de roedel groter wordt en het moeilijker wordt om ieder individu te kennen.'